Arnold Mühren ziet Johan Cruijff als de beste speler waarmee hij heeft gevoetbald, zo vertelt hij bij Tussen de Palen op Ziggo Sport. De oud-Ajacied komt superlatieven te kort om Cruijff te omschrijven als voetballer en komt daarnaast te spreken over zijn eigen tijd bij Ajax.

'Johan was natuurlijk buitencategorie', aldus Mühren. 'Als je mij vraagt wie de beste speler is met wie ik ooit heb gespeeld, dan is daar geen discussie over. Terwijl ik ook andere niet misselijke jongens heb meegemaakt. Hij had gewoon alles. Hij kon passeren, had overzicht en kon met links en rechts trappen.'

'Als er iets niet klopte in het elftal, dan regelde hij dat samen met Piet (Keizer, red.)', weet de voormalig Europa Cup I-winnaar nog. 'Dat hoefden de trainers niet voor te kauwen, want dat zagen ze zelf wel. Als je het hebt over een perfecte aanvaller, dan was het Johan wel. Hij had alles wat je graag zou willen hebben als voetballer.'

Zelf kwam Mühren in 1971 terecht bij Ajax. Hij kwam over van FC Volendam en wist niet wat hij zag. 'Dat ging zo verschrikkelijk snel. Ze wonnen in één seizoen de titel in Nederland, de beker, de Champions League en de wereldbeker. Ik ging naar Ajax en wist ook wel dat ik niet meteen basisspeler zou worden, maar ik wilde daar zo veel mogelijk leren. Ik dacht: als ik met de beste spelers kan spelen, trek je je daaraan op en word je zelf ook een betere speler.'

Naast de Europa Cup I wist Mühren in 1972 ook de wereldbeker te winnen. Independiente was de tegenstander en de eindstrijd leek meer op een gevecht dan een voetbalwedstrijd. 'Het had in die wedstrijd vooral te maken met overleven. Het had niet zo gek veel met voetbal te maken. Het was schoppen, slaan, spugen en alles wat erbij hoort. Er stonden allemaal soldaten rond het veld met grote geweren en politiehonden die je recht in je ogen aankeken. Ze waren steeds maar bezig om Johan op de een of andere manier te pakken en dat lukten ze ook.'

Vertrek bij Ajax

Uiteindelijk kwam in 1974 een einde aan het eerste dienstverband - hij kwam in 1985 terug naar Amsterdam - van Mühren bij Ajax. Een gebrek aan speeltijd lag ten grondslag aan het vertrek. 'Ik wilde het jaar ervoor eigenlijk al weg. Ik dacht: het is beter voor mijn carrière als ik elke week speel. De stap naar FC Twente gebeurde in december 1974. Toen werd ik geruild tegen René Notten. Ik wilde wel graag naar FC Twente, omdat dat ook een topclub in Nederland was.'