Raymond Verheijen heeft Francesco Farioli in een interview met De Telegraaf van advies voorzien inzake de conditieopbouw van de spelers van Ajax. Sinds de eerste twee speelrondes in de Eredivisie is het rotatiebeleid van de Italiaanse trainer onderwerp van gesprek en Verheijen heeft er ook zo zijn mening over.
'Als ik Francesco Farioli was, dan zou ik het andersom doen', zegt de voetbaldocent, die in het verleden inspanningsfysioloog was. 'Op het moment dat spelers nog niet volledig wedstrijdfit zijn, dan zie je trainers die wat meer tijd hebben – in de voorbereiding – de nadruk leggen op trainingsarbeid. En als je heel hard traint, dan moet je de wedstrijdminuten rustig opbouwen, omdat je anders te veel piekmomenten in de week hebt.
'Maar je kunt het ook omdraaien: de wedstrijden benutten om de spelers fitter te laten worden en de trainingsarbeid doseren, omdat er toch al twee piekmomenten zijn”, aldus Verheijen, die zegt dat de ene aanpak niet per se beter is dan de andere aanpak.
'Het is per situatie verschillend. Je moet objectief kijken wat voor jouw spelersgroep het beste is', zegt Verheijen, die wel advies heeft voor Ajax. 'In het geval van Ajax zou ik kiezen voor meer wedstrijdminuten en minder intensieve trainingsarbeid, omdat zij nog automatismen moeten ontwikkelen en daarvoor is een zelfde formatie vereist. Je moet je beoogde elftal samen laten trainen én spelen.'
Verheijen hamert op automatismen
Volgens Verheijen heeft het met de hersenen te maken, zo vertelt hij. 'Voetballers handelen vooral onbewust, omdat er meestal geen tijd is om na te denken. Dat geldt ook voor het communiceren tussen spelers. Als bijvoorbeeld de rechtsback steeds dezelfde rechtsbuiten voor zich heeft in trainingen en wedstrijden, zal zijn onbewuste brein op een gegeven moment aan de lichaamshouding van de rechtsbuiten al herkennen wat hij wil. Hierdoor zullen spelers veel minder miscommunicatie hebben en minder balverlies lijden. Dergelijke automatismen kan je maar op één manier ontwikkelen. En dat is niet door je elftal op acht plaatsen te wijzigen', besluit Verheijen.
Plaats reactie