Steven Bergwijn ziet zichzelf als de leider van Ajax. Dat vertelt hij in een interview met Voetbal International, waarin hij ook ingaat op de huidige spelersraad van Ajax en op de topsportcultuur bij de Amsterdamse club.

Bergwijn is naar eigen zeggen niet de leider met gebaartjes en woorden. 'Ik doe het gewoon op mijn manier', zegt hij. Hij is niet een aanvoerder die teamgenoten 'continu op hun flikker' geeft. Wel praat hij met spelers in het veld en daarbuiten. 'Gewoon gesprekjes met de jongens die nieuw zijn, of met de linksback die achter me staat', zegt Bergwijn. 'Ik probeer vooral een leider te zijn door het goede voorbeeld te geven. Bijvoorbeeld door op de training áltijd honderd procent te geven. En in de wedstrijden natuurlijk ook. Daar kun je ook mee uitstralen een leider te zijn. Op het veld, dáár moet je het laten zien.'

Spelersraad Ajax vernieuwd

Dat je als aanvoerder altijd als eerste op de club moet zijn en als laatste moet vertrekken, wordt door Bergwijn bestempeld als 'echt onzin'. 'Je moet het op het veld laten zien: de jongens meenemen in het trainingsniveau en dat proberen te vertalen naar de wedstrijd. Dat is hoe ik het doe. Die aanvoerdersband maakt me trots, maar de buitenwereld maakt zich er drukker om dan ikzelf. Het is maar een band, daar ga je niet beter of slechter door spelen. En je kan ook aanvoerder zijn zonder band.'

Volgens Bergwijn spelen er meerdere leiders bij Ajax. Met de spelersraad worden dingen georganiseerd om als team nog beter te worden. 'Laatst zijn we nog met zijn allen uit eten gegaan, dan leer je elkaar ook buiten het veld kennen en zie je echt een andere kant van iemand. Dat regelen we als spelersraad. Die moest in de zomer helemaal vernieuwd worden, maar is nu weer compleet. Ik zit daarin met Steven Berghuis, Remko Pasveer, Devyne Rensch, Borna Sosa en Jordan Henderson zit er nu ook bij. Die heeft zó veel ervaring, dat leek ons wel logisch.’

Topsportcultuur bij Ajax

Bergwijn gaat in het interview ook nogmaals in op de topsportcultuur bij Ajax. De laatste tijd zijn er steeds vaker geluiden te horen dat de spelers van Ajax minder in de gym te vinden zijn. 'Ik vind persoonlijk dat dat niet zozeer met Ajax te maken heeft, dat moet uit jezelf komen, als persoon. We zijn allemaal professionals. We hebben veel jonge spelers, maar ook die zijn hun hele leven al met profvoetbal bezig.’

Volgens Bergwijn hoef je niet per se in de gym te zijn om extra dingen te doen om beter te worden. 'Het lijkt soms wel alsof mensen dat denken. (...) Iedereen heeft hier gewoon zijn eigen fysieke programma, begrijp je? Dat is ook met een reden gemaakt, we weten allemaal precies wat we moeten doen. Ik moet bijvoorbeeld geen krachttraining met mijn bovenlichaam doen, maar vooral mijn benen sterk houden. Bij andere jongens is dat weer andersom. Daarom vind ik het soms wat makkelijk gezegd: Ze moeten de gym in. Voor sommige spelers is dat heel goed, dat ontken ik ook zeker niet, maar dat hoeft niet voor iedereen zo te zijn.'

Bergwijn legt uit dat je ook op andere manieren aan jezelf kan werken. Denk aan een behandeling bij de fysio of na de training nog even afwerken op doel. 'Wij weten als spelers en staf wat goed voor ons is. Je moet gewoon zorgen dat je elke dag beter wordt. Voor mij hoef je dan niet twee uur van tevoren bij de training te zijn. Als je op tijd bent, ben je op tijd. Zolang je maar leeft voor de sport en altijd honderd procent geeft op de training. Als je dát niet doet, ben je bij Ajax niet aan het juiste adres.’