Ajax C1 heeft vanmiddag goede zaken gedaan door het topduel tegen SC Heerenveen C1 met 5-0 te winnen. Hoewel de uitslag doet vermoeden dat Ajax een makkie had, was dit zeker niet het geval en was de Friese thuisclub gelijkwaardig aan de Amsterdammers.
Onder prima weersomstandigheden werkten nummer twee Ajax C1 en nummer drie SC Heerenveen C1 een leuk duel af. Grote verschil tussen beide ploegen was vandaag de afronding. Dat Ajax met een 0-2 voorsprong de rust inging, mocht dan ook een wonder heten. Danzell Gravenberch opende op fraaie wijze de score. Vlak voor rust kopte Bram Barhorst de 0-2 binnen op aangeven van Abdel El Hasnaoui. Tussendoor kreeg met name SC Heerenveen een handvol kansen, maar wist het niet te scoren. Ajax had enigzins geluk dat de scheidsrechter goed oplette en een doelpunt van Heerenveen afkeurde vanwege duwen.
In de tweede helft was de eerste kans voor Heerenveen. Doelman Van der Hart was verslagen, maar Amine el Hadef redde op de doellijn. Net als in de eerste helft sprong Ajax uiterst effectief om met de kansen. Danzell Gravenberch kopte fraai raak na een voorzet van Bram Barhorst. Heerenveen kreeg na deze treffer nog 1 levensgrote kans, maar daarna was het verzet gebroken. Invaller Erkan Agircan maakte de 0-4 uit een vrije trap van Boban Lazic. Het slotakkoord was voor een andere invaller, Oussama Tannane. De linkspoot kwam van eigen helft alleen op de keeper af, passeerde die vervolgens simpel en schoot binnen.
Opstelling Ajax C1:
Mickey van der Hart; Amine El Hadef, Emran Barakzai, Yassine Ayoub, Wouter Soomer (50. Hidde Prijs); Armando Cuvalay (56. Erkan Agircan), Danzell Gravenberch, Abdel El Hasnaoui; Boban Lazic, Bram Barhorst, Derwin Martina (45. Oussama Tannane).
Geblesseerd: Bas Kuipers, Gyliano van Velzen, Denzel James, Darren Rosheuvel en Nelinho Cleonise.
Ajax C3 deed eveneens goede zaken. De ploeg van trainer Arnold Muhren won het uitduel bij ADO Den Haag C2 met 0-1. Queensy Menig scoorde. Ajax D1 versloeg ADO Den Haag ook. Op de Toekomst werd het 8-0 voor het team van trainer Michel Kreek.
Plaats reactie