Willem Weijs is blij met de gewonnen Klassieker van zijn Ajax O19 afgelopen zaterdag, maar zag zijn ploeg vooral voor rust worstelen. Een versterkt jeugdelftal, met onder meer Rayane Bounida, Mark Verkuijl en Ethan Butera in de basis, won uiteindelijk met 1-0 van de leeftijdsgenoten van Feyenoord. Avery Appiah zorgde na een uur spelen voor de enige goal.

‘Ik vond de eerste helft een beetje onwennig, het tempo was traag en het klopte niet helemaal', stelt Weijs in gesprek met Ajax TV. 'Van daaruit was er ook te weinig diepgang zonder bal en waren we te weinig verrassend. Daarin hebben we ook te weinig afgedwongen, denk ik. Zelf zijn we niet in de problemen gekomen, dus dat is wel positief, maar je hebt aan de bal te weinig gedaan in de eerste helft.’

Keeper Aymean el Hani sluit zich bij de woorden van zijn trainer aan. De goalie maakte wel indruk en had een aantal puike reddingen in huis. 'Klassiekers wil je altijd winnen en dat hebben we gedaan, dus daar ben ik heel blij mee. Ik vind dat we het wel goed gedaan hebben. Ook al speelden we de eerste helft niet goed, we hebben geen tegengoal gekregen', glimlacht El Hani. 'Dan houd je jezelf in de wedstrijd, dus dat hebben we goed gedaan. Maar we hebben zelf te weinig kansen gecreëerd, dus het was niet onze beste eerste helft.’

Tekst gaat verder onder de foto.

Waar Weijs dus niet blij was met de eerste helft, daar brachten een aantal aanwijzingen in de rust verbeteringen in het spel. ‘We hebben aangestipt dat onze veldbezetting beter moest en vanuit daar meer dynamiek moesten brengen. Ik vond dat we de eerste helft wat onwennig aan de bal waren, wat verkeerde keuzes maakten en dat onze uitvoering niet perfect was. Dan kom je er niet lekker in, want dan wordt het een soort pingpongwedstrijd van beide kanten. In die fase wilden we dat niet, dus dat hebben we aangegeven in de rust.’

Prachtgoal Appiah onder de loep

‘In de tweede helft ging het wat beter, namen we wat meer het initiatief en maakten we een hele mooie goal. Een goede aanval, dus daar ben ik wel heel blij mee. Een mooie teamgoal. Dus ik heb wel wat verbeteringen gezien in de tweede helft’, stipt de oefenmeester ook de positieve dingen aan.

Doelman en trainer zijn vervolgens erg blij dat uitgerekend rechtsback Appiah voor de enige goal zorgde. 'Dit is wel één van de mooiste goals die hij gescoord heeft, denk ik. Hij zat er goed in, ik ben heel blij voor hem’, vertelt El Hani. ‘Waanzinnig', oordeelt Weijs. 'Hij scoort niet zo vaak, dus als je hem tegen je oude club op zo’n moment maakt, dan is dat een heel mooi moment.’

Tekst gaat verder onder de foto.

Zoals gezegd was ook El Hani belangrijk met een aantal reddingen. ‘Ik denk dat ik wel een paar mooie reddingen heb gemaakt. Dat past ook wel bij mijn spel. Ik ben iemand met een goede redding op de lijn en ik ben blij dat ik dat heb laten zien.' Weijs kan zich alleen maar bij de woorden van de sluitpost aansluiten. ‘Aymean heeft zeker in de tweede helft een paar fantastische reddingen gemaakt in de één-tegen-één, waar ook zijn kwaliteit ligt. De tegenstander dook een paar keer schuin voor de goal op en dat leest hij dan heel goed. Hij heeft op die manier al een paar keer punten gepakt voor ons.’

Mindere prestaties verklaard

Bij Ajax O19 gaat het na de winterstop moeizaam, maar hier heeft de coach wel een verklaring voor. ‘We zien vanaf het begin al dat er heel veel jongens zijn doorgeschoven, dat hebben we voortdurend gedaan. Dan kom je vaak in verschillende teamprocessen, waarin teams vaak door elkaar worden gehusseld. Daar kiezen we ook bewust voor, dus dat geeft niet. Nu hadden we weer een paar jongens van Jong Ajax aan boord. Dat geeft ons weer wat houvast en we gaan zien hoe dat de komende wedstrijden zal zijn.’

Tot slot gaat de blik van Weijs vooruit op de komende duels. ‘We hebben nu gewonnen van Feyenoord en hopen dat we weer naar boven kunnen kijken, maar vooral dat we onze spelers kunnen ontwikkelen. Dat is waar het om draait. Dinsdag AZ, in het weekend PSV en de dinsdag erop tegen NAC voor de halve finale van de beker. Een druk, maar mooi programma. We kunnen aan de bak.’