Patrick van Bruggen (56) is gastouder van Ajax-jeugdspelers én schrijver van een kersvers ‘handboek’ voor (jonge) topsporters en hun ouders. In het boek, tot stand gekomen op basis van gesprekken met dertig experts, gaat Van Bruggen uitgebreid in op de manier waarop een talent optimaal gestimuleerd en ondersteund kan worden. ‘Dit boek helpt jonge topsporters, hun ouders en trainer/coaches op weg naar de juiste mindset om het maximale uit het talent van jonge sporters te halen.’
Met een achtergrond op de Hotelschool en werkzaamheden in de marketing ligt het niet direct voor de hand om een boek gericht op topsporters te schrijven. Toch is dit wel wat Van Bruggen in de voorbije maanden heeft gedaan. Na tien jaar als gastouder van Ajax-jeugdspelers betrokken te raken bij topsport, voelde Van Bruggen dat het tijd was om meer met deze grote interesse te doen. ‘Als ik gesprekken heb met spelers of trainers, dan gaat het meestal niet over techniek of tactiek. Ik ben veel meer geïnteresseerd in de gedachtegang achter bepaalde acties, ook op mentaal vlak. Vanuit die interesse is geleidelijk aan dit boek ontstaan.’
Aanvankelijk begint Van Bruggen met het delen van geschreven content over talentontwikkeling op LinkedIn, maar al snel groeit dit vrijblijvende initiatief uit tot iets serieus. Zijn teksten wekken interesse van professionals uit de topsportwereld en brengen Van Bruggen in contact met experts. ‘Ik sprak met topsporters, ex-topsporters, coaches en sportpsychologen. Door gesprekken kreeg ik steeds meer kennis. Uiteindelijk zeiden meerdere mensen tegen mij dat ik deze gesprekken moest bundelen.’
Slechts het bundelen van deze gesprekken over talentontwikkeling en (mentale) begeleiding vond Van Bruggen niet innoverend genoeg, maar hij kreeg wel een ander idee. ‘Ik vond het interessanter om mij te richten op verschillende coachstijlen en hierbij advies te kunnen geven aan zowel coaches, ouders als topsporters zelf. Als ouder wil je altijd het beste voor je kind, maar het is heel moeilijk om te bepalen wat dit dan is. Waar stopt je begeleiding en geef je vrijheid? Met dit boek hoop ik handvatten aan te reiken aan ouders.’
‘Daar ligt de kracht van Eriksen niet’
Het boek is een combinatie van input van autoriteiten op hun vakgebied, zoals volleybalcoach Peter Murphy, MMA-vechter Lizzy Gevers en Olympisch Kampioen waterpolo Noeki Klein, en de kennis die Van Bruggen de afgelopen jaren zelf verzamelde door zijn gesprekken met mensen uit de topsport. ‘Dit alles is inhoudelijk gecheckt door een sportpsycholoog, om er zo zeker van te zijn dat het feitelijk ook allemaal klopt.’
Over volleybalcoach Murphy - die ook al jarenlang een rol heeft binnen Ajax - heeft Van Bruggen een treffende anekdote, die het belang van een dergelijke benadering van topsporters direct onderstreept. ‘Peter Murphy weet heel veel over voorkeursstijlen. In elke sport heeft elke sporter een voorkeursstijl en kun je ervoor zorgen dat mensen daarin bediend worden. Sommige voetballers willen een bal bijvoorbeeld in de diepte en anderen weer liever in de voeten. Christian Eriksen is daarvan een mooi voorbeeld. Onder Frank de Boer moest hij bij Ajax aanvankelijk vaak de bal achterin ophalen, maar Peter zei toen tegen De Boer dat daar de kracht van Eriksen niet zat. Zijn kracht ligt in het spelen tussen de linies. Peter kijkt naar hoe spelers optimaal gebruikt kunnen worden.’
‘Ik had het bij een wedstrijd van Jong Ajax een keer met Erik ten Hag over dit soort voorkeursstijlen en vroeg hem hoe hij dit en de input van Peter gebruikt. Ten Hag zei: Ik stel mijn team zo op elkaar af dat spelers in verschillende linies elkaar aanvullen, zowel horizontaal als verticaal. Dat vond ik goed om te horen.’
Een ander voorbeeld van een specifieke benadering van een Ajax-speler, zag Van Bruggen met eigen ogen tijdens trainingen van Fred Grim als toenmalig trainer van Ajax A1. ‘Fred Grim liet Viktor Fischer altijd eerst een oefening zien. Grim wist dat hij Fischer kwijt zou raken als hij de oefening eerst helemaal zou uitleggen. Fischer was visueel ingesteld, dus hij moest observeren en kon de oefening vervolgens direct zelf uitvoeren.’ Het zijn voorbeelden die Van Bruggen intrigeren en zijn interesse in persoonlijke benadering met aandacht voor het mentale aspect aanwakkeren.
Gastouder van Ajax-spelers
Van Bruggen raakte extra betrokken bij de voetballerij toen hij en zijn vrouw tien jaar geleden gastouders van jeugdspelers van Ajax werden. Aanvankelijk vingen zij alleen spelers van Ajax Cape Town op die voor een stage naar Amsterdam kwamen, maar in een later stadium kregen Van Bruggen en zijn vrouw ook permanent Ajax-jeugdspelers in huis. De Roemeen Ricardo Farcaş en de Deen Markus Bay, maar nog recenter de inmiddels voor Arsenal spelende Joël Ideho en Ajax O17-aanvaller David Kalokoh. ‘Kalokoh was wat langer bij ons. Die kwam vanuit Venlo en was dan altijd van maandagavond t/m zaterdag bij ons. Op zaterdag na de wedstrijd ging hij dan weer terug naar zijn familie in Venlo.’
De familie Van Bruggen haalt veel plezier uit het opnemen van Ajax-spelers in hun gezin. ‘De belangrijkste reden is dat we het heel erg leuk vinden. Het is een verrijking van je gezin dat je ook met andere culturen te maken krijgt. De samenwerking met Ajax daarin is ook goed. Aan het begin is er een introductiegesprek met de ouders, de speler, Ajax en met ons. Als het vanaf dat moment goed loopt, is er niet veel contact meer nodig. We hebben voorlichting gekregen over voeding. Vanuit Ajax is het wel een vereiste dat er een topsportklimaat gecreëerd wordt.’
Door zijn nauwe band met Ajax én zijn kennis van mentale begeleiding in de sport is het nieuwsgierigmakend hoe Van Bruggen aankijkt tegen het niveau waarop Ajax hierin acteert. ‘Begrijpelijk, maar ik kan vanuit mijn rol echter niet te veel zeggen over hoe Ajax in de jeugdopleiding omgaat met het mentale aspect. Daar zijn afspraken over met de club. In het algemeen kan ik wel zeggen dat er in andere sporten veel meer aandacht wordt besteed aan het mentale gedeelte dan in de voetballerij gebruikelijk is. Gelukkig is het voetbal daar inmiddels wel een inhaalslag in aan het maken.’
Dat komt mede doordat moderne voetbaltrainers zien dat hun rol is veranderd, zo beschrijft Van Bruggen ook in zijn boek. ‘Vroeger was de coach degene die zei: jij moet dit of dat doen. Bijna op een dictatoriale manier. Dat kan niet meer. Er is veel meer menselijke aandacht nodig. Tegenwoordig is een coach veel meer iemand die sporters stimuleert en hen aan het denken zet. Dit is veel leerzamer voor sporters.’ In de Eredivisie ziet Van Bruggen drie trainers die een dergelijke werkwijze goed toepassen. ‘Joseph Oosting van RKC, Ron Jans en Ten Hag doen dat in mijn ogen en voor zover ik het kan beoordelen erg goed. Zij zijn oprecht geïnteresseerd in spelers en verdiepen zich om erachter te komen hoe ze een speler optimaal kunnen laten renderen. Zij weten: als ik de mens weet te raken, wordt de voetballer ook beter. Zo zullen spelers individueel en uiteindelijk de teams uiteindelijk het best presteren.’
Noah Gesser
De interesse in begeleiding van (jonge topsporters) en dergelijke praktijkvoorbeelden hebben uiteindelijk geresulteerd in het eerste boek van Van Bruggen, dat is opgedragen aan de vorig jaar overleden Ajax-jeugdspeler Noah Gesser. Van Bruggen kende Gesser persoonlijk, omdat hij rondom wedstrijden van het voormalig Ajax-talent regelmatig contact had met diens ouders en ook met Noah zelf. Het opdragen van dit boek aan Gesser was voor Van Bruggen erg belangrijk. ‘Ik wil namelijk dat Noah niet vergeten wordt en altijd voort blijft bestaan. Hij kon lastig zijn voor zijn medespelers in het veld, maar was een hele lieve sociale jongen daarbuiten. Dat is precies hoe je als topsporter moet zijn. Zoiets als er met Noah is gebeurd gun je natuurlijk niemand, maar hem en zijn familie al helemaal niet. Het zijn hele lieve mensen.’
Het Handboek voor jonge sporters, topsporters en topsportouders is hier te bestellen.
Thijs Zwagerman (Twitter: @ThijsZwagerman | e-mail: t.zwagerman@ajaxshowtime.com)
Plaats reactie