Roy van Dijk, grasmeester in de Johan Cruijff ArenA, steekt zijn ziel en zaligheid in het onderhouden van de grasmat in Ajax' stadion. In de beginjaren van de toenmalige Amsterdam ArenA was er veel kritiek op de grasmat van Ajax en daar probeert Van Dijk mee af te rekenen, zo vertelt hij in de podcast Grasmannen.

De vorige grasmeester van de Johan Cruijff ArenA kreeg veel commentaar op zijn werk in het stadion. Het onderhouden van de grasmat is in Amsterdam ingewikkelder dan in de stadions van Ajax' concurrenten en dat heeft alles te maken met de omstandigheden die de constructie van de ArenA met zich meebrengt. In de afgelopen jaren leerde Van Dijk echter met de omstandigheden om te gaan. 'Het imagoprobleem blijft heel groot. Het blijft een stukje naam, maar wij zijn bezig om die naam langzaam te veranderen.'

'Iedereen weet het beter', voegt hij er nog aan toe. 'Ik wil niet zeggen dat wij als grasmensen ondergewaardeerd zijn, maar je krijgt het wel vaak te horen als iets niet goed is. In die wereld leven we nu eenmaal en dat is ook prima, maar als je het dan wel een paar keer achter elkaar goed doet, is het ook leuk om dat te horen.'

Aan het einde van het vorige seizoen legde Van Dijk een nieuwe grasmat aan voor slechts twee wedstrijden en één training. Het voelt een beetje vreemd aan, maar hij weet dat hij alles op alles moet zetten om Ajax 1 te laten presteren in thuiswedstrijden. 'Aan het einde worden de prijzen en tickets voor Europa verdeeld. Wij willen niet voor verrassingen komen te staan. Wij willen alleen maar het beste en wij weten dat een hybridemat een oplossing is voor de ArenA.'

Ajax-fan als grasmeester

De grasmeester steekt liefde in de grasmat van de Johan Cruijff ArenA en dat komt niet alleen door zijn liefde voor zijn vak. Van Dijk is immers ook Ajax-fan en dat helpt hem in zijn drive om de grasmat zo goed als mogelijk te leggen en onderhouden. 'Ik ben vanuit mezelf al een perfectionist. Als je dat voor je club kunt doen, wil je echt het beste voor Ajax 1. Ik denk dat het iets belangrijks is in een stadion. Het hoeft niet per se, maar als je een beetje fan bent van een club, dan weet je wat ze vragen en willen. Dan loop je misschien toch even een stukje harder.'