Davinson Sánchez speelt aankomende dinsdag voor het eerst in zijn loopbaan tegen Ajax, de club waar hij in het seizoen 2016/17 bij onder contract stond. Peter Bosz blikt in gesprek met Ajax Life terug op de periode van de Colombiaan bij Ajax.

Zo was de verdediger in zijn Ajax-periode een echte speler die in belang van het team dacht. Dat kwam tot uiting toen enkele Ajax-spelers zich ontevreden opstelden richting trainer Bosz. Nemanja Gudelj, Riechedly Bazoer en Anwar El Ghazi kwamen allen in aanraking met de inmiddels vertrokken trainer. Sánchez ergerde zich daaraan. 'Davinson was daar wel klaar mee en wilde dat die jongens laten weten. Ik vertelde hem dat dát mijn verantwoordelijkheid was en dat ik het ging oplossen. Uiteindelijk is dat voor de winterstop gebeurd.'

Sánchez was volgens Bosz niet alleen een teamspeler, maar ook erg leergierig. 'Ik vertelde Davinson dat ik genoot van zijn verdedigende acties, maar dat ik meer initiatief van hem verwachtte in balbezit', vertelt Bosz. 'Dus in zijn geval indribbelen of de middenvelders tussen de linies aanspelen. Toen zei hij: "Oké trainer. Kunnen we daar dan op oefenen?" "Natúúrlijk", zei ik.'

Vervolgens ging hij met de Colombiaan meermaals trainen op zijn inspeelpass. 'Davinson moest de bal met de binnenkant van zijn voet zo hard mogelijk over de grond naar het andere vierkant schieten. Daar stond dan bijvoorbeeld Mateo Cassierra. Diens aanname moest in een keer goed zijn. De bal mocht niet buiten het vierkant komen. Ik stond er alleen de eerste keer bij en vervolgen ging Davinson iedere training zelf oefenen. De ene keer met Andre Onana, dan weer met Mateo. Kijk, dan wil je beter worden! Die karaktertrek had hij bij Ajax. Hij was een winnaar die elke dag beter wilde worden. En ik heb hem ook beter zien worden.'