Voormalig Ajacied Mike van der Hoorn kijkt met dubbele gevoelens terug op zijn periode bij Ajax. In zijn derde en laatste jaar speelde hij redelijk veel, maar toen hij net was overgekomen van FC Utrecht had hij het gevoel niet helemaal serieus te worden genomen.
'Ik kwam net terug met Jong Oranje van het EK in Israël. Met die talenten die een jaar later schitterden op het WK in Brazilië. En ik moest opeens bij Jong Ajax gaan spelen', zegt Van der Hoorn in het Algemeen Dagblad. 'Als je niet hoort waarom, ga je zelf naar redenen zoeken. Ik kwam in een donkere wereld, werd paranoïde. Bij elke bal die je verkeerd raakt, denk je: oh daar gaan we weer.'
Bij Jong Ajax miste Van der Hoorn vervolgens het vuur en de weerstand. 'Je doet alles minder. Dat mag niet, maar gaat vanzelf. Je denkt: wanneer is die wedstrijd klaar?', vraagt de verdediger zich af. De komst van Jaap Stam bij Ajax zorgde voor de ommekeer. 'Een icoon van wie je alles opzuigt. Ik vond het leuk met hem te trainen, stelde me weer doelen. Maar die eerste zes maanden? Nee. Ik voelde me echt down', aldus Van der Hoorn, die te geforceerd een Ajax-voetballer moest worden. 'Ik had van mijn eigen kracht moeten uitgaan. En van daaruit bijleren. Ik deed het andersom.'
Inmiddels gaat het hartstikke goed met Van der Hoorn. De verdediger heeft een basisplaats bij Swansea City, dat de stijgende lijn te pakken heeft. 'Rond de kerst zaten we, zoals ze hier zeggen, rock bottom. Vijf punten onder de degradatiestreep. Nu staan we er drie boven. De stress is even weg. Maar we hebben nog twee à drie overwinningen nodig om zeker te zijn van lijfsbehoud in de Premier League', denkt de verdediger, die door de supporters mogelijk verkozen wordt tot 'Speler van het Jaar'. 'Ik ben sterker dan ooit. Gezien mijn leeftijd zou ik nog krachtiger moeten kunnen worden. Mijn beste jaren zijn nu aangebroken.'
Plaats reactie