Met een Cruijffiaanse meedogenloosheid heeft Marco van Basten zijn eerste keeper en aanvoerder Maarten Stekelenburg voor de rest van het seizoen naar het tweede plan verwezen.
Het was vanzelfsprekender geweest als Van Basten in elk geval tot het einde van dit seizoen - nog twee maanden - de voorkeur had gegeven aan Stekelenburg. De ontbolsterende doelman Vermeer zei al een paar maal dat hij zich in dat scenario kon vinden. Maar Van Basten spaart de kool en de geit nooit, en ook nu niet. Met zijn ferme ingreep om de weer fitte Stekelenburg te passeren, jaagt de coach (opnieuw) een speler tegen zich in het harnas. Dat kan een splijtzwam worden in de selectie én in de rest van de organisatie.
Om nog maar te zwijgen van de problemen waarvoor bondscoach Bert van Marwijk zich plotseling weet gesteld. Het Nederlands elftal speelt op 28 maart en 1 april twee cruciale WK-kwalificatieduels in de Arena tegen Schotland en Macedonië, maar het is de vraag of Van Marwijk die klussen aandurft met een keeper die zo'n mentale optater heeft gekregen. Of moet hij hem júist het vertrouwen geven?
Het zijn afwegingen die Van Basten niet hoeft te maken en die hem weinig interesseren. Net zo min als hij terugdeinst voor de andere consequenties die deze beslissing met zich meebrengt. Het perspectief voor de 26-jarige Stekelenburg bij Ajax is gering. Hij kan het zich op deze leeftijd nauwelijks veroorloven een stap terug te doen en zijn status als Oranje-keeper te verliezen. Zijn contract bij Ajax loopt tot 2012. Keepers zijn al de minst getransfereerde voetballers, en dat zal er in deze tijden van financiële crisis niet beter op worden.
Het leidt geen twijfel dat de maatregel van Van Basten een lichte buikpijn heeft veroorzaakt bij financieel directeur Jeroen Slop, algemeen directeur Rick van den Boog en technisch manager Danny Blind.
De vraag is wat Van Basten beweegt twee maanden voor het einde van het seizoen zoveel overhoop te halen. Het is diezelfde grilligheid waarmee hij spelers soms voor rust wisselt en tactische of personele wijzigingen aanbrengt als een goochelaar konijnen uit een hoge hoed tovert. Die onvoorspelbaarheid kenmerkte hem al ten tijde van zijn bondscoachschap. Veel internationals zijn er vroeger of later mee geconfronteerd: van Ruud van Nistelrooij tot Clarence Seedorf en van Dirk Kuijt tot Klaas-Jan Huntelaar. En ook als clubtrainer is Van Basten soms ondoorgrondelijk in zijn doen en laten.
Hij is misschien minder impulsief dan Cruijff als trainer kon zijn, maar beiden schuwen de rigoureuze ingreep niet. Vermeer kwam steeds dichter in de buurt van het prestatieniveau van Stekelenburg en het kan niet anders of Van Basten moet tot de conclusie zijn gekomen dat de oudste en meest ervaren van de twee niet goed heeft gereageerd op die toegenomen concurrentie. En als Van Basten angstzweet ruikt, al is het maar een vleugje, grijpt hij in.
Plaats reactie