In de zomer van 2006 kwam Stanton Lewis vol ambities uit Zuid-Afrika. De vedergewicht spits tekende voor vier jaar bij Ajax, maar werd vorig voorjaar al op stage gestuurd naar Club Brugge en twee weken geleden gooide hij bijna zijn glazen in toen hij boos naar de kleedkamer liep toen hij niet het veld in mocht. “Ik werd bijna uit de groep gezet.” Bijna…

Het zit Stanton Lewis (20) niet mee. Hij kwam tenslotte naar Amsterdam om bij Ajax in het eerste te belanden. En die ambitie heeft de jonge Zuid-Afrikaan nog steeds. Of hij dat haalt, wordt steeds minder reëel. Als de jonge spits al speelt, dan weet hij nauwelijks het verschil te maken. Hij heeft de klasse wel in huis, maar het komt er te weinig uit. Vadsig kwam hij naar Nederland en moest eerst het vet aftrainen. Hij was te traag en om eerlijk te zijn, hij ziet er inmiddels weer aardig rond uit voor een wedstrijdfitte speler. Toch gun je hem op de een of andere manier zijn succes. Maar of hij het gaat redden? “Ik weet het niet”, zegt hij eerlijk.

Vorig seizoen liet technisch directeur Martin van Geel al weten niet tevreden te zijn over Lewis. Hij stuurde hem op stages naar Club Brugge en Borussia Dortmund (waar Steven Pienaar ook speelde). Uiteindelijk hoefde Stanton niet naar de Duitsers; hij kreeg een tweede kans. Het seizoen is bijna in de laatste fase beland en de aanvaller speelt maar weinig. Bijna iedere wedstrijd doen er wel spelers uit het eerste mee. Als het niet Nicolae Mitea was, die van een blessure terugkwam, dan waren het Edgar Manucharyan of Leonardo wel. Of erger nog, een aantal van deze afvalligen uit het eerste. Stanton heeft nog nooit aan het eerste mogen ruiken. Niet goed genoeg. Boordevol ambities, maar bij Ajax geldt niet het ambitieniveau voor spelers, maar kwaliteit en talent. Wellicht dat lewis weer op stage gestuurd wordt. Of niet? “Dat weet ik niet. Ik denk he...