Columnist Henk Spaan vindt dat je als toeschouwer niet per se trots mag zijn op de prestaties van Ajax dit seizoen in de Champions League. De journalist vindt vooral dat de spelers trots mogen zijn, zo verklaart hij in zijn column in Het Parool zaterdagochtend.
'Het woord trots wordt vaak misbruikt. Ik ben niet trots op Ajax, of op wat ze hebben bereikt', schrijft Spaan. 'Wij waren slechts toeschouwers, geen deelnemer. De trots gunnen we de spelers die ons zoveel wedstrijden in een roes van dankbare gelukzaligheid hebben gebracht. Zo vaak zullen we het in het café, in huiskamers, op straat - en de kinderen op het schoolplein en in de klas - nog hebben over een elftal dat het voetbal opnieuw leek te hebben uitgevonden.'
In de twee Europese finales staan met Liverpool, Tottenham Hotspur, Arsenal en Chelsea vier Engelse ploegen. 'Onze felicitaties gaan uit naar stadions van miljarden, naar honderden miljoenen per jaar aan tv-rechten, aan de transfer fees van Mino Raiola, aan de salarissen. Gefeliciteerd, miljardairs', aldus Spaan, die denkt dat het in het voetbal uiteindelijk om andere dingen gaat. 'Maar Ajax zal worden herinnerd om het voetbal, om de essentie. Miljoenen kinderen weten nu wie Matthijs de Ligt is, kennen de namen van Frenkie, Donny en Hakim. De voetballers mogen daar trots op zijn, wij zijn alleen maar dankbaar.'
Plaats reactie