Sjoerd Mossou vraagt zich in zijn column in het Algemeen Dagblad af wat nu precies een Ajacied definieert. Wat maakt iemand een échte Ajacied? 'Onze goudvis lijkt méér op een cavia dan dat deze "echte Ajacieden" op elkaar lijken', schrijft de journalist.

Mossou maakte voor het eerst echt kennis met Ajax op 21 september 1988, toen Ajax op bezoek ging in Zwolle. Tijdens die wedstrijd werd Johan Cruijff door het uitvak van Ajax toegezongen. Trainer Kurt Linder was opgestapt en de supporters van Ajax hoopten op Cruijff - als echte Ajacied - als nieuwe trainer. Uiteindelijk werd het Spits Kohn.

'Maar wat ik me later pas afvroeg: wat definieert nu precies een "echte" Ajacied?', vraagt Mossou zich af. 'Ik snap dat het lekker klinkt in zo'n liedje, en over Cruijff zijn we het natuurlijk snel eens, maar bestaat er werkelijk een onderscheid? Een rangorde van echt naar "niet zo echt"?'

Tekst gaat verder onder de foto.

Mossou schrijft dat hij vrij veel Ajacieden kent en het frappante is dat zij eigenlijk totaal verschillend zijn. Hij geeft enkele voorbeelden. 'Frank de Boer lijkt in de verste verte niet op Michael van Praag. Sjaak Swart heeft vrijwel geen enkele overeenkomst met Siem de Jong. Louis van Gaal en Rafael van der Vaart? Onze goudvis lijkt méér op een cavia dan dat deze 'echte Ajacieden' op elkaar lijken.'

Ajax deelt video op dag van 125-jarig bestaan

Op dinsdag, de dag van Ajax 125ste verjaardag, deelde de club een 'stemmig filmpje', genaamd: Ajax forever. Dankzij Ajacieden. 'Het filmpje raakte knap aan de essentie, want bij een voetbalclub telt uiteindelijk altijd de som der delen. De mensen, de cultuur, de geschiedenis, de symboliek: een soort sentimentele cocktail daarvan. We willen clubs vaak lekker simpel definiëren, met behapbare dooddoeners en algemeenheden: branie, bluf, mooi, lelijk, boers, arrogant. Het helpt ons om van de ene club te houden en die andere club juist heel infantiel te haten.'

Mossou is van mening dat 125 jaar Ajax zich echter niet laat vangen in één betekenis, of één boek, één verhaal, één lied, één clubheld of één typering. Hij schrijft dat Ajax sinds 1900 uitgeroeide tot een uniek Nederlands bolwerk, dat wereldberoemd is en daarnaast allerlei totaal verschillende mensen samenbracht. 'Een volkje op zichzelf, verenigd in een buitengewone voetbalclub', schrijft Mossou. Hij wenst de club het beste. 'Van harte aan al die echte Ajacieden, groot en klein, wereldberoemd of totaal onbekend. Maak er samen een schitterend feest van.'