Rijsdijk: Viva Europa League!

door BvdPloeg 3

Rijsdijk: Viva Europa League!

door BvdPloeg 3

Laatst geüpdatet

Columnist Rodney Rijsdijk duikt voor Ajax Showtime iedere maand in de krochten van zijn Ajax-bestaan. Vandaag zijn debuut; een herinnering aan een ijskoude trip in Roemenië.

Vanaf dat ik een jaar of twintig was, totdat ik de bejaarde leeftijd van een jaar of dertig aantikte, reisde ik Ajax als een nomade achterna. Van de Alkmaarderhout tot San Siro en van het Diekman tot Bernabeu en alles daar tussenin. Inmiddels heb ik de fossiele leeftijd van veertig bereikt en moedig ik Ajax alleen nog tweewekelijks live aan vanaf Noord eerste ring.

Elke verdiende cent aan Ajax-reizen uitgeven doe ik niet meer en ik ga ook niet meer op m’n vrije zondagochtend om 8.00 in de bus naar Kerkrade, of all places. Met de jaren zijn de prioriteiten wat verschoven, al is het streven wel om elk jaar tenminste een Europees uitduel mee te pakken. Even een paar dagen weg van de immer grijpgrage tentakels van de werkgever. Vijf dagen met je vrienden naar een leuke stad. Tijd bestaat niet. Tomeloze hoeveelheden bier drinken, uit eten, de stad bekijken en jezelf een uur of vier laten opsluiten in een uitvak als onderbreking van al dat gezelligs. Ik vind het nog altijd een feest om dat te doen.

Het is natuurlijk vloeken in de kerk of een broodje ham eten in de moskee, want de Champions League levert Ajax natuurlijk ettelijke malen meer geld op, maar doe mij persoonlijk maar de Europa League. De Champions League is qua tegenstanders voorspelbaar. Elk jaar weer naar Madrid, Barcelona, München, Turijn of Londen, we kennen het inmiddels wel. In de Europa League kom je nog eens in gekke steden. Afgelopen seizoen waren we in het wat naargeestige Warschau, maar een van onze leukste trips was die naar Timisoara, een middelgrote stad in het land van Dracula, Transsylvanië, onderdeel van Roemenië.

Wat een leuke bijkomstigheid was, was dat mijn gabber Jimmy, ofschoon hij gewoon een gezellig platpratende Amsterdammer is, van Roemeense afkomst is. Nog leuker is dat zijn familie ook nog eens uit Timisoara komt. En het werd helemaal leuk toen wij hoorden dat Jimmy’s vader daar op een huis aan het passen was van een familielid en dat wij daar konden logeren. Kortom, we hoefden alleen maar een vlucht te boeken en we konden daar als godenzonen in Transsylvanië leven. Omdat we het leuk vonden om Jimmy’s roots te zien (en omdat de drank er godsgruwelijk goedkoop is) besloten we om een hele week te gaan.

Het was december en het was al ongelofelijk koud in het land van die ouwe Dracula. Ter opwarming van onze ledematen werden we verwelkomd met stevig eten en met Tzuica, een gemeen sterk zelfgestookt Roemeens pruimendestillaat, waar je al dronken van wordt als je er aan ruikt. Dat beloofde nog wat voor de rest van de week. We verwonderden ons over dingen op drie uur vliegafstand van Amsterdam. Toen wij voor het fastfoodrestaurant met de grote gele M op iemand stonden te wachten, zagen we heel erg netjes geklede jongens en meisjes van een jaar of achttien naar binnen lopen. Waarom in je nette pak naar een goedkope stinkende snackhut? Dan laat je aan je date zien dat je geld hebt, want die is naar Roemeense maatstaven dus redelijk duur, zo legde Jimmy ons uit. In Nederland was het waarschijnlijk gelijk je laatste date met die dame, maar dat ligt daar dus even anders.

Wij aten wat chiquer, al was dat voor ons, Westerse patsers, ook niet moeilijk voor de vijftien euro die we voor een viergangenmenu, inclusief een halve liter bier, moesten neertellen. We kwamen ook overal makkelijk binnen. Schwarz, zoals Jimmy’s vader heette, was in zijn jonge jaren lid van een de meest gerespecteerde rockbands van Roemenië en dat opende vele deuren. We werden een keer ergens geweigerd omdat de tent vol zou zitten. Wij vonden het jammer, maar namen ons verlies. Echter, toen Schwarz eenmaal tevoorschijn kwam en er even een klein onderhoud met de manager was, trok de portier wat bleekjes rond de neus weg. De portier had kennelijk nogal met zijn eigen kloten gerammeld als hij ons niet had doorgelaten en zo hadden we even later de meest perfecte tafels van die hut.

We zijn nog gefilmd en geïnterviewd toen we starnakel lam in een restaurant zaten. De lokale zender kwam de eerste Ajaxsupporters in de stad filmen en ze stuitten op ons, een groep Amsterdamse gozers die allemaal al flink wat liters bier en tzuica achter de kiezen hadden en daar nog slapper en harder dan gebruikelijk van gingen ouwehoeren. Top-TV. Jimmy probeerde ons kromme dronken gewauwel in het Roemeens tevergeefs recht te lullen. De beelden ervan zijn godzijdank niet meer terug te vinden.

Over de wedstrijd kan ik kort zijn: die was tamelijk matig, maar Ajax won met 1-2. De winnende van de enige echte Marco Pantelic, weet ik nog. Het was ijskoud en samen met nog een stuk of tweehonderd andere gekken stonden we te koukleumen in het aftandse uitvak. Gelukkig hadden we Breakerzakjes wodka naar binnengesmokkeld om ons warm te houden en onze zojuist aangeschafte sjaaltjes kwamen goed van pas. Toen we na de wedstrijd in ons Roemeense thuis kwamen, zetten we de TV nog even aan. Stomtoevallig precies op het moment dat ons filmpje op het lokale nieuws weer werd herhaald. Tot hilariteit van Schwarz, die lachend mompelde dat hij ons ook niet even een paar uurtjes alleen kon laten.

Gekke avonturen in gekke landen; ik ben voor. Ik ben een Ajacied, ik juich uiteraard altijd voor Ajax, maar vanavond nog even iets meer, ik zou het jammer vinden als we dit seizoen niet weer een memorabele trip hebben in die rare Europa League.

Lees meer over:
Plaats reactie
Laad meer reacties

Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.