Ronald de Boer, Danny Blind en David Endt bewaren warme herinneringen aan hun gezamenlijke periode met Dani bij Ajax. Dani speelde van 1996 tot 2000 in het shirt van Ajax en zette al op 26-jarige leeftijd een punt achter zijn carrière. In gesprek met Voetbal International blikken zijn oud-ploeggenoten terug op de periode waarin zij samenspeelden met de Portugese publiekslieveling.
‘Het was een bijzondere mix van verschillende spelers en karakters’, begint Ronald de Boer. ‘We hadden onderling heel veel lol en volgens mij was ons voetbal harstikke leuk om naar te kijken. En het belangrijkste als je bij Ajax speelt: we werden dat seizoen onder Olsen kampioen, met grote overmacht.'
Toenmalig teammanager David Endt weet nog goed hoe Dani in beeld kwam bij Ajax. Op een dag begon scout Ton Pronk dolenthousiast te vertellen over een talent dat hij had gezien. 'Ton was geen uitbundig figuur, dus ik wist meteen dat het om een bijzondere speler moest gaan. We gingen beelden bekijken en zagen een jongen vol fantasie en creativiteit in zijn spel. Met de durf om originele dingen te doen, met een natuurlijke en functionele techniek.’
En dus kwam Dani naar Ajax. De Boer weet nog goed wat hij dacht toen hij hem voor het eerst zag. 'Het eerste dat bij zijn binnenkomst opviel was zijn knappe kop. En eenmaal op het trainingsveld showde hij zijn gave linkervoetje. Een begenadigd technicus, een echte stylist, elegant in alles wat hij deed met een bal. Als een aankoop zich mengt in een nieuwe groep, wordt hij door zijn ploeggenoten kritisch beoordeeld op zijn kwaliteiten. Zo gaat dat. Bij Dani was het voor mij meteen duidelijk: dit is er eentje voor wie mensen naar het stadion gaan komen.’ Ook toenmalig aanvoerder Danny Blind was onder de indruk. 'Hij snapte het spelletje echt, had een heel goed positiegevoel. Dani was in alles een typische Ajax-speler.'
Nachtleven in Amsterdam
Dani genoot naast het voetballen ook volop van het nachtleven in Amsterdam, zo vertelt Endt. 'Ton Pronk zei het al, toen we destijds naar de beelden van Dani zaten te kijken, dat hij nogal van het leven scheen te kunnen genieten. Het leven in Amsterdam was voor hem één brok verleiding. Ik heb heel wat keren op de deur van zijn appartement staan bonzen. Dan was hij nog niet op de club en ging ik samen met Piet Bon, de clubarts, naar zijn huis om te kijken waar hij bleef.'
De Boer kan erom lachen als hij terugdenkt aan het dagelijkse ritme van Dani. ‘Tijdens het warmlopen voor de training hing weleens een alcoholwalm om hem heen. Dan vroeg ik of het gezellig was geweest in de stad. Zijn antwoord was standaard dat-ie een lekker rustig avondje had gehad. Nu lach ik erom, maar zo’n levensstijl is als Ajax-speler natuurlijk niet vol te houden. Als je fysiek vijf procent inlevert, trekt je lijf het niet in de top. Dani wist dat zelf ook wel, maar zijn gedrag veranderde niet.’
Endt heeft tot op de dag van vandaag nog contact met Dani. 'Als we elkaar spreken komen we altijd weer terug op hoe het is gelopen bij Ajax. Dani vindt zelf óók dat hij niet naar vermogen heeft gepresteerd. Dan zegt-ie dat hij maar zestig procent uit zijn carrière heeft gehaald. Het frustreert hem niet, hij weet dat het de consequentie is van de keuzes die hij maakte. Maar hij vindt het wel jammer.'
De voormalig teammanager sprak recent nog telefonisch met Dani. ‘Hij liet via FaceTime zien waar hij was. Ik zag een prachtig huis, met zwembad, alles erop en eraan. Alsof hij in een mondaine vakantieoord was. Het bleek zijn eigen huis te zijn. Die rondleiding op afstand sloot hij lachend af, met treffende woorden: I may be crazy, but I’m not stupid.'
Plaats reactie