Roman Abramovich laat Chelsea na bijna negentien jaar achter zich. De Russische miljardair zet de club te koop, naar aanleiding van de controverse die rondom zijn persoon is ontstaan in het licht van de Russische invasie van Oekraïne.

Abramovich maakte de verkoop woensdagavond kenbaar in een officieel statement. Daarin stelt de Rus onder meer dat hij dit doet 'omdat ik geloof dat het in het belang is van de club, de fans, de medewerkers en de clubs sponsors en partners.'

Abramovich heeft ondanks het nieuws van zijn vertrek nog wel een geruststellende boodschap voor de Chelsea-fans. 'De verkoop van de club zal niet van de één op de andere dag plaatsvinden, maar een geleidelijk proces zijn.' De verkoop van Chelsea is voor de steenrijke Rus dan ook verre van een 'cash grab'; integendeel. Abramovich gaat met de opbrengst van de club een fonds opstarten. 'Het fonds zal voor de slachtoffers van de oorlog in Oekraïne zijn.'

Sinds Rusland begon aan de militaire invasie van buurland Oekraïne, is er veel speculatie rondom het al dan niet aanblijven van Abramovich. De miljardair is een goede vriend en vertrouweling van de Russische dictator Vladimir Putin, onder wiens bevel de invasie van Oekraïne plaatsvindt. Enkele dagen eerder legde Abramovich zijn officiële bestuursfuncties binnen Chelsea al neer. Daar volgt nu dus een definitief vertrek op.

Vele grote aankopen

Abramovich was één van de eerste steenrijke clubeigenaren die zijn club, door middel van het uitgeven van veel geld, in korte tijd tot topclub wist te laten uitgroeien. Tot de grote aankopen van het tijdperk Abramovich behoren onder meer Fernando Torres (zestig miljoen), Eden Hazard (veertig miljoen), Hakim Ziyech (eveneens veertig miljoen) en het meest recent Romelu Lukaku (113 miljoen). Abramovich was sinds 2003 eigenaar van Chelsea.