John van Loen weet nog goed dat hij voor het eerst meedeed aan een rondo bij Ajax. De voormalig spits noemt zichzelf een ABC-voetballer en bij Ajax was het dan ook flink aanpoten voor de geboren Utrechter. 'Ik was een simpele spits, geen sierlijke speler met hakjes en scharen.'
'Toen ik bij Ajax ging spelen, werd ik wel een betere voetballer', vertelt Van Loen in een interview met Panorama. 'Ik ging het spelletje beter zien, het tikken ging gemakkelijker. Maar bij mijn eerste rondo bij Ajax moest ik meteen in het midden, als nieuwe speler. Ik heb daar twintig minuten gestaan. Toen zei ik: jongens, ik ga naar huis.'
En Van Loen ging ook écht naar huis, zo vertelt hij. 'Het was tijdens de hersteltraining op maandag, in het zaaltje op Voorland. Ik vond dat ik wel genoeg had gelopen. Die gasten begonnen te lachen toen ik het zei, totdat ik echt wegliep. Zeiden ze: dat kan toch niet! Ik heb er nooit meer wat van gehoord.'
Bij Ajax kon je in die tijd 'echt nog wel dingen uitvreten', zo vertelt Van Loen vervolgens. Hij komt met een anekdote. 'Ik reed vaak met Jan Wouters en Rob Alflen naar de training. Als we geen zin hadden, zorgden dat we vlak voor het einde pas het terrein bij De Meer op reden. Dan toeterden we en zeiden we dat we in de file hadden gestaan. Daar konden we niets aan doen natuurlijk.'
Kogelbrief bij Ajax
Van Loen kreeg in zijn periode ook eens een kogelbrief. 'Mooi, hè', zegt hij daar opvallend genoeg over. 'Ja. Ik was niet zo snel bang. Ik schrok wel toen ik bij FC Utrecht speelde en ik een galg in de tuin vond. Nu zou heel Nederland op z’n kop staan als een voetballer een kogelbrief krijgt, dat was toen niet.
'Ik weet het nog goed: ik zat naast John van ’t Schip, die altijd stapels met liefdesbrieven kreeg', vervolgt Van Loen. 'Ik was blij dat ik ook eens post kreeg, was het een kogelbrief. Lekker dan, zei ik nog tegen John. Ik heb nog steeds geen idee waar die brief vandaan kwam', aldus Van Loen.
Plaats reactie