In de rubriek 'Blik op Jong Ajax' (BoJA) zoomt Ajax Showtime regelmatig in op Jong Ajax, het beloftenelftal van Ajax dat uitkomt in de Keuken Kampioen Divisie.
Onderdeel van wat het volgen van Jong Ajax de moeite waard maakt, is het feit dat het team praktisch ieder jaar wel van een nieuwe lading talenten vanuit de hogere jeugdelftallen wordt voorzien. Zo maakten ook afgelopen seizoen weer meerdere talenten vanuit de jeugdopleiding de stap naar het profvoetbal. Uiteraard roept dat de vraag op wie van deze talenten komend seizoen vaker te zien zal zijn bij de Amsterdamse beloften en voor wie dat minder waarschijnlijk lijkt. Binnen Ajax Showtime is er één aangewezen persoon om daar zijn licht over te laten schijnen en dat is jeugdwatcher Thijs Zwagerman.
Charlie Setford, Tristan Gooijer, Olivier Aertssen, Silvano Vos, Jayden Banel, Gabriël Misehouy, Jay Enem en Diyae Jermoumi maakten afgelopen seizoen allen hun debuut in Ajax’ beloftenelftal. Voor Julian Brandes, Jeppe Kjaer Jensen en Tom de Graaff kwam het nog niet zo ver, al werden zij door John Heitinga al wel bij de wedstrijdselectie gehaald. Amourricho van Axel Dongen maakte zijn debuut voor Jong Ajax al in het seizoen 2020/21, maar mocht afgelopen jaargang toch wel zien als het seizoen waarin hij zichzelf op de kaart zette. Elk van deze talenten zal dromen van een grote toekomst in Jong Ajax en uiteindelijk Ajax 1, maar niet voor iedereen is de kans daarop even groot. Met hulp van Thijs wordt in deze Blik op Jong Ajax uitgelicht voor wie Ajax 1 nog ver weg is, wie komend seizoen extra hard aan de bak moet in Jong Ajax en wie de nieuwe pareltjes lijken te gaan worden.
De afvallers
De weg van de jeugdopleiding naar Ajax 1 is lang en hard en uiteindelijk zijn het er slechts enkelen die hem van begin tot eind succesvol doorlopen. Ook vanuit de Onder 18 en Jong Ajax zullen er nog een aantal afvallers zijn. Daartoe lijken van de huidige groep spelers Enem, Kjaer en De Graaff te behoren, stelt Thijs. Zeker de namen van Enem en Kjaer zijn op dat lijstje opvallend.
Eerstgenoemde toonde zich afgelopen seizoen bij de O18 bij vlagen een ware doelpuntenmachine. ‘Maar het is geen Ajax 1-materiaal’, is Thijs helder. Dat heeft er vooral mee te maken dat Enem voetballend tekort komt. ‘Hij is een grote, maar heel ongepolijste spits, heel atypisch voor Ajax, maar hij scoort wel veel goals. Voetballend is hij echter niet de kapstok waar je op hoopt bij iemand met zijn fysiek.’ Met zijn scorend vermogen en zijn goede loopacties, ziet Thijs voor Enem wel een carrière in het profvoetbal weggelegd. ‘Voor de Eredivisie kan het wel een hele bruikbare spits worden, maar voor Ajax komt hij tekort.’
'Het komt er bij Ajax gewoon niet uit'
Kjaer kwam enkele jaren geleden als grote belofte voor een miljoenenbedrag over uit Denemarken. In zijn vaderland had de aanvaller zelfs zijn debuut al gemaakt op het hoogste niveau. Maar bij Ajax heeft hij eigenlijk nog geen moment weten te overtuigen. ‘Heel soms toont hij flitsen van zijn kunnen, dat hij snel even twee man uitkapt of even een achteloze steekbal geeft. In potentie is het ook echt een fantastische speler, maar bij Ajax komt het er gewoon niet uit’, vertelt Thijs.
Waar het aan ligt dat het talent, dat voor hij naar Ajax kwam ook bij onder meer Juventus op de radar stond, maar niet uit de verf lijkt te komen in Amsterdam, blijft giswerk. ‘Misschien is het een soort onzekerheid van hem’, speculeert Thijs. ‘In Denemarken is hij altijd één van de besten geweest en bij Ajax zijn er ineens nog tien anderen die ook kunnen wat hij kan. Hij heeft ook erg veel moeite om het spel naar zich toe te trekken.’ Thijs wil de moed nog niet helemaal opgeven, maar ziet de toekomst somber in. ‘Je moet of afscheid van hem nemen of hopen dat hij dit jaar in Jong Ajax toch nog door gaat breken. Bij de O18 was hij echter ook vaak wissel, dus ik ben bang dat het een lastig verhaal wordt.’
Voor Tom de Graaff lijkt een toekomst als eerste doelman van Ajax eveneens een lastig verhaal te worden. De keeper stond afgelopen seizoen regelmatig onder de lat bij de O18 en deed dat verdienstelijk. ‘De Graaff heeft goede reflexen, is goed in het mee voetballen en het coachen en aansturen van zijn verdediging, maar hij is wel iets minder dan Setford’, stelt Thijs, waarmee hij gelijk de vinger op de zere plek legt. De Graaff lijkt namelijk vooral de pech te hebben dat hij qua generatie tussen een aantal zeer getalenteerde keepers in zit. Jay Gorter en Charlie Setford keepten samen het overgrote deel van de wedstrijden bij Jong Ajax afgelopen seizoen en eerstgenoemde zal komend seizoen hopen op een kans in het eerste.
Setford lijkt dan, zodra hij hersteld is van zijn blessure, een logischere optie als eerste keeper van Jong Ajax en zijn jongere broertje Tommy zit qua leeftijd dusdanig dicht op De Graaff dat de keepersgilde van Ajax de komende jaren uit Gorter, Setford en Setford lijkt te gaan bestaan. De kans dat De Graaff de voorkeur krijgt boven één van die drie, lijkt niet heel groot. ‘Maar het is een hele degelijke doelman, die volgend jaar misschien nog een paar potjes zal spelen, zoals Calvin Raatsie afgelopen seizoen.’
Examenjaar in Jong Ajax
Voor een aantal talenten ziet Thijs de aanstaande jaargang als cruciaal. Brandes, Banel en Gooijer zullen komend seizoen in Jong Ajax moeten aangrijpen om aan te tonen dat ze de uiteindelijke stap naar het eerste elftal kunnen zetten. Voor Banel en Gooijer geldt een soortgelijk scenario: beide talenten hebben in de tweede seizoenshelft van het afgelopen seizoen regelmatig hun opwachting gemaakt in het team van John Heitinga. Gooijer stond zelfs al een aantal keer in de basis. Beiden hebben op hun posities echter concurrentie van op het oog talentvollere generatiegenoten die zich eveneens in rap tempo opwerken naar een vaste plaats in het beloftenelftal.
Gooijer kan zowel op rechtsback als in het centrum van de verdediging uit de voeten. De verdediger maakte de meeste minuten in Jong Ajax als rechtsback, maar Thijs ziet hem liever centraal spelen. ‘Omdat hij iets minder drang naar voren heeft. Hij heeft een functionele techniek, maar is in de kleine ruimte niet zo verfijnd als bijvoorbeeld Mazraoui of Dest voorheen.’
Gooijers kwaliteiten zitten hem dan ook meer in het verdedigende aspect. ‘Hij is lang en fysiek sterk en hij kan goed inschatten wanneer hij in moet stappen en wanneer hij juist weg moet blijven.’ Bij Gooijer is er dus nog veel onzeker, te beginnen met waar hij komt te spelen. Hoe dan ook zal de concurrentie fors zijn, want met Diyae Jermoumi en Olivier Aertssen heeft de jonge verdediger op beide posities fikse concurrentie. Thijs’ devies voor Gooijer het komende jaar is dan ook relatief eenvoudig. ‘Hij zal denk ik echt een heel seizoen in Jong moeten gaan spelen.’
Banel zit dus in een vergelijkbaar parket. De aanvaller kende een droomdebuut in Jong Ajax, door thuis tegen FC Den Bosch, kort na zijn entree de winnende assist op het doelpunt van Ar’jany Martha te geven. Sindsdien moet de linksbuiten het in Jong Ajax voornamelijk hebben van invalbeurten. Die speeltijd heeft Banel te danken aan een sterk seizoen in Ajax O18. ‘Hij was heel constant en was de aanvaller met het meeste rendement in de O18 afgelopen seizoen’, vertelt Thijs. De slepende blessure van toptalent Amourricho van Axel Dongen, die net als Banel op linksbuiten speelt, heeft laatstgenoemde ook geen windeieren gelegd.
Banel heeft met zijn snelheid en fysiek wel wapens die Jong Ajax goed kan gebruiken komend seizoen. ‘Hij is technisch ook echt beter geworden en hij is iets gecontroleerder geworden. Hij heeft iets meer overzicht, ook voor het doel, dus daarin heeft hij goede stappen gezet.’ Voor Banel geldt dan ook hetzelfde als voor Gooijer, hij zal zich komend seizoen moeten laten zien in Jong Ajax. ‘Het is nog geen uitgemaakte zaak dat hij Ajax 1 haalt, maar hij ontwikkelt zich goed, dus als hij dat volhoudt, blijft het een optie.’
Brandes, tot slot, is een geval apart. Ook hij heeft te maken met stevige concurrentie op zijn positie als controleur, maar bij Brandes zit er minder haast achter. Waar Banel en Gooijer bovendien in fysiek opzicht al vrij ver zijn in hun ontwikkeling, geldt voor Brandes juist dat het fysieke nog wel wat werk kan gebruiken. Technisch zit het wel goed, zo stelt Thijs. ‘Hij heeft superveel spelinzicht en is een klassieke nummer zes, maar hij moet fysiek nog sterker worden.’ Die tijd wil Ajax hem echter wel geven. ‘Het is niet voor niets dat Ajax hem een driejarig contract heeft aangeboden. Sommige jongens zijn op hun 17e fysiek al klaar voor het profvoetbal, maar hij is een speler die daar bijvoorbeeld rond zijn 20e/21e pas klaar voor is.’
Omdat fysiek aanhaken waarschijnlijk een geleidelijk proces zal zijn, verwacht Thijs ook niet dat Brandes - die er ruim een jaar uit heeft gelegen met een blessure en pas begin 2022 weer in actie kon komen - meteen een toonaangevende rol in Jong Ajax zal spelen. ‘Ik verwacht dat hij het eerste half jaar misschien nog wat meer op de bank zal zitten, maar zich geleidelijk aan wel meer in de ploeg zal gaan spelen.’
Ajax 1-materiaal
De echte opwinding in het volgen van Jong Ajax zit hem voor velen in het vinden van the next big thing. Of die tussen het rijtje Setford, Jermoumi, Aertssen, Vos, Misehouy en Van Axel Dongen zit, zal moeten blijken, maar duidelijk is dat Thijs weinig twijfel kent over hun vermogen om Ajax 1 te halen. Een flink aantal van hen is dan ook al genoemd in de jeugdspecial van Branie, eind mei.
Dat Setford een grote toekomst wordt toegedicht, kan inmiddels voor weinig Ajacieden meer nieuws zijn. De doelman werd onlangs uitgeroepen tot het grootste talent van De Toekomst van het afgelopen seizoen en nam daarvoor de Abdelhak Nouri Trofee in ontvangst. ‘Hij is een hele complete doelman die risico durft te nemen in de opbouw, hele goede reflexen heeft en altijd heel duidelijk aanwezig is in de coaching’, vertelt Thijs over Setford. De doelman kampt nu nog met een blessure die hem waarschijnlijk de gehele eerste seizoenshelft aan de kant houdt. Daarna is het zaak om snel meer minuten te gaan maken in Jong Ajax en zich verder te ontwikkelen.
‘Hoop dat hij in de schaduw van Timber op kan komen’
Een linie verder komen Jermoumi en Aertssen in beeld, de twee concurrenten van Gooijer dus. Jermoumi speelde afgelopen seizoen eenmaal in Jong Ajax, maar Thijs verwacht dat daar snel meer wedstrijden bij zullen komen. ‘Ik verwacht veel van hem’, spreekt hij veelbelovend. Jermoumi’s ene optreden in de Keuken Kampioen Divisie vond uit bij Jong FC Utrecht plaats. Daar viel hij een kwartier voor tijd in, als rechtsbuiten. Dat klinkt gek voor iemand die doorgaans als rechtsback speelt, maar dat is het allerminst. ‘Hij is op zijn vijftiende van Sparta overgekomen als klassieke, rechtsbenige rechtsbuiten’, legt Thijs uit. ‘Inmiddels is hij omgeschoold tot rechtsback en met zijn snelheid en voorzet brengt hij zijn spel van zijn tijd als rechtsbuiten nu op zijn nieuwe positie.’
Jermoumi’s kracht als rechtsback zit hem dus vooral in het opstomen over de flank, terwijl de backs in Ajax 1 de afgelopen jaren vooral binnendoor mee opkwamen en op het middenveld aansloten. Waar Alfred Schreuder – en John Heitinga bij de beloften – ook voor kiezen, voor Jermoumi hoeft het geen probleem te zijn, want hij beheerst beide. ‘Binnendoor kan hij nog wel stappen zetten, maar hij beheerst het wel. Hij heeft de variatie die Noussair Mazraoui eigenlijk ook heeft’, aldus Thijs, die de twee rechtsbacks in meer opzichten vergelijkbaar vindt. ‘Jermoumi heeft ook snelle voeten en het is mooi om hem langs de lijn bijvoorbeeld drie man uit te zien spelen en dan een voorzet te zien geven.’
Aertssen zou komend seizoen samen met Jermoumi wel eens de rechterkant van de defensie van Jong Ajax kunnen vormen. De centrale verdediger blinkt vooral uit met zijn voetballende vermogen. Ondanks dat hij te boek staat als een groter talent dan generatiegenoot Gooijer, heeft laatstgenoemde wel meer gespeeld in Jong Ajax. Thijs heeft een vermoeden over waar dat door komt. ‘Aertssen heeft dit jaar wel wat slordigheidsfoutjes gemaakt. Dan werd hij bijvoorbeeld ingespeeld en was hij alweer vooruit aan het oriënteren, maar dan liet hij een bal onder zijn voet doorglippen of hij maakte een overtreding waar een penalty uitkwam.’
Het zijn dingen die uit Aertssens spel moeten en Thijs verwacht dat meer speeltijd in Jong Ajax hem goed zal doen. ‘Ik denk dat hij gigantische stappen gaat zetten als hij een half jaar lang in Jong gaat spelen, al sluit ik niet uit dat hij daar nog wel wat foutjes gaat maken.’ Binnen Ajax is men zeer gecharmeerd van Aertssen, zo ook Jong Ajax-trainer Heitinga. ‘Heitinga is al twee jaar heel intensief met hem bezig. Tijdens corona heeft hij individueel veel met hem getraind en beelden bekeken. Hij traint hem echt in het verdedigende.’ Als Aertssen daarin de juiste stappen weet te zetten, is de stap naar het eerste niet ver meer. ‘Ik hoop dat hij in de schaduw van Timber op kan komen en na diens vertrek kan aansluiten bij het eerste.’
‘Zij kunnen in de voorbereiding verrassen’
Het is goed mogelijk dat het middenveld van Jong Ajax volgend seizoen voor twee derde bestaat uit Misehouy en Vos. Beiden zullen zeventien zijn bij de start van het nieuwe seizoen en lijken nu al klaar voor regelmatige speeltijd op profniveau. ‘Misehouy is al van jongs af aan een absoluut toptalent. Hij is super compleet, fysiek sterk, technisch, creatief en hij heeft een mooie traptechniek, zowel qua passen als schieten’, komt Thijs superlatieven tekort voor de jonge middenvelder. In tegenstelling tot veel van zijn positiegenoten de laatste jaren bij Ajax, is Misehouy tot nu toe nog niet weggestopt op de flank. Hij speelt, ook in zijn vier optredens in Jong Ajax afgelopen seizoen, tot dusverre telkens vanaf het middenveld.
Ondanks dat zijn totale speeltijd in Jong Ajax tot nu toe beperkt is gebleven tot nog niet eens negentig minuten, kreeg het publiek in de laatste wedstrijd van het seizoen wel al een glimp mee van het gogme waarover Misehouy beschikt. Nadat Banel thuis tegen De Graafschap één op één nog miste, kreeg Misehouy de bal in de rebound in de zestien voor zijn voeten. Ondanks de lastige hoek was er voor de jonge middenvelder genoeg aanleiding om uit te halen, maar uit zijn ooghoek had hij Martha al vrij zien staan. Misehouy bediende zijn ploeggenoot met een bekeken balletje en zag laatstgenoemde de gelijkmaker op het bord zetten. Het is een tekenende assist voor de jonge spelmaker.
Misehouy loopt al sinds zijn jonge jeugdjaren rond in de diverse elftallen van Ajax. Zijn bijna steevaste partner op het middenveld is Vos. ‘Hij is fysiek heel sterk, kan pendelen over het hele veld en koppelt fysieke kracht aan voetballend vermogen’, vertelt Thijs over de controleur, die zijn eerste basisplaats in de Keuken Kampioen Divisie uit bij FC Dordrecht opluisterde met een fraaie pegel in de kruising. In veel opzichten beschrijft Thijs hem als de ideale nummer zes. ‘Het is een jongen die heeft leren voetballen op de straten van Amsterdam en dat zie je ook wel aan hem. Hij heeft een hele mooie techniek, kan kort kappen en draaien, heeft een goede pass en een goed schot’, getuige dus zijn doelpunt tegen Dordrecht.
‘Vos heeft een goede tackle, een echte sliding, waarmee hij counters er op het laatste moment uit kan halen, dus hij wordt echt basisspeler in Jong Ajax', aldus Thijs, die niet verbaasd zou zijn als het komend seizoen nog sneller gaat met Vos en Misehouy. 'Ik denk zelfs dat zij in de voorbereiding bij het eerste kunnen verrassen, want het zijn jongens die zich altijd snel aanpassen en door de jaren heen veel zijn doorgeschoven. Ik verwacht dus veel van beiden volgend jaar.’
Tot slot is er dan nog Van Axel Dongen. Al jaren bewierookt op De Toekomst en de enige van de hier genoemde talenten die zijn debuut in Ajax 1 al maakte. Toen hij rond de winterstop van afgelopen seizoen steevast bij de wedstrijdselectie van Erik ten Hag zat, leek Van Axel Dongen Jong Ajax zelfs grotendeels over te slaan, maar een slepende blessure gooide roet in het eten. ‘Voor hem is het allerbelangrijkste dat hij fit blijft’, stelt Thijs dan ook. De vleugelaanvaller is nog steeds niet helemaal wedstrijdfit, getuige zijn afwezigheid in het eerste duel van de voorbereiding.
Hij is echter wel mee op trainingskamp en Thijs denkt dat het ook komend seizoen weleens hard zou kunnen gaan met Van Axel Dongen. ‘Misschien zal hij de eerste maanden van het komende seizoen nog veel in Jong spelen, maar ik denk dat hij ook al snel wel op de bank bij het eerste zal zitten.’ Mede door zijn optredens in het eerste, valt er over Van Axel Dongen eigenlijk weinig nieuws meer te vertellen. ‘Hij is snel, technisch, heeft een hard schot en ook belangrijk: een goed overzicht. Ik denk dat hij niet per se meer wedstrijden in Jong nodig heeft, maar ik denk wel dat hij door de concurrentie op de flanken wel nog veel minuten in Jong zal gaan maken en dat is natuurlijk nooit slecht.’
Bademba Barrie (Twitter: @Bademba__Barrie | E-mail: B.Barrie@Ajaxshowtime.com)
Plaats reactie