Toen Peter Bosz trainer was van Ajax vreesde hij al voor een vertrek van Davinson Sánchez en dan vooral voor de gevolgen daarvan. De oefenmeester zag in dat het vertrek van de Colombiaan, die vertrok naar Tottenham Hotspur, ook slecht nieuws betekende voor spits Kasper Dolberg.

Vorig seizoen moest Dolberg elke training maar weer zien op te boksen tegen Sánchez. 'Met de week zag Bosz hoe de training voor Dolberg aan intensiteit won', schrijft Algemeen Dagblad-journalist Maarten Wijffels, die wist dat Bosz al bang was voor een vertrek van Sánchez. 'En grote kans dat er dan niet meteen een nieuwe Sánchez bij Ajax zou zijn. Want spelers van dat kaliber, die zijn voor Nederlandse clubs nou eenmaal moeilijk haalbaar. Plus dat Nederland de cultuur heeft om toch vooral ook nieuwe talenten uit eigen kweek in te passen als de beste spelers weggaan.'

Bosz zelf sprak er toen hij nog trainer was van Ajax ook al over. 'Als Dolberg straks niet meer elke dag tegenover het kaliber Sánchez staat, gaat de intensiteit van zijn training automatisch omlaag. Dat is iets waar ook PSV en Feyenoord tegenaan lopen in hun selecties. Mensen roepen nu van alles over meer trainen en harder trainen als oplossing voor onze problemen. Het is gelul', is Bosz van mening. 'Het zit hem niet in hoe veel we trainen, maar in de intensiteit en kwaliteit waarmee het gebeurt. Helaas: de intensiteit van het buitenland, waar selecties in topcompetities veel meer volwassen spelers tellen, díe krijg je hier nooit structureel nagebootst.'