Aad de Mos heeft in zijn trainerscarrière bijzonder veel aan Johan Cruijff gehad, zo vertelt hij De Telegraaf. De oefenmeester wordt zondag 75 jaar en herinnert zich nog maar al te goed dat Cruijff - toentertijd technisch directeur bij Ajax - hem de kans gaf zich te onderscheiden als trainer van de Amsterdamse club.

'Johan is mijn grootste voorbeeld en leermeester', spreekt De Mos lovende woorden. 'Ik heb tegen hem gevoetbald, hij is mijn technisch directeur geweest bij Ajax en speler onder mij. Hij heeft me aangesteld. Leo Beenhakker stond zevende met Ajax en dan ben je aan de beurt. Cruijff vroeg als technisch directeur of ik er klaar voor was om het over te nemen van Beenhakker.'

Zodoende nam de nog 74-jarige oud-trainer de touwtjes in handen bij Ajax. Een goed begin is het halve werk, zo luidt het gezegde. En zo geschiedde. 'Ik zei tegen die rooie Lerby met al zijn geintjes, dat die eerste wedstrijd voor mij van levensbelang was. "Maak je niet druk", zei Lerby, die kwam langslopen toen we in de rust met 5-0 voor stonden. "Zo goed?" Die mazzel moet je hebben.'

'Cruijff vertrok en later kwam hij terug als speler onder mij', vervolgt De Mos over die periode. 'In al Cruijffs hoedanigheden heb ik goed geluisterd, goed gekeken, met hem gesproken, prettig samengewerkt en zo veel opgestoken. Voor mij was het een hogeschool opleiding voor het trainersvak. Iedere opleiding, iedere andere cursus valt erbij in het niet.'

'Na twee jaar wipte Johan mij er ook uit en ging hij verder met die jonge jongens'

Uiteindelijk was het ook Cruijff die de baan van De Mos overnam, maar dat deerde hem niet. 'Johan is de belangrijkste man voor mijn trainerscarrière geweest. Na twee jaar wipte Johan mij er ook uit en ging hij verder met die jonge jongens, zoals Van Basten, Rijkaard, Vanenburg, Van ’t Schip en Silooy. Ik heb het Cruijff nooit kwalijk genomen. Johan stond natuurlijk boven de partijen. Die kon alles voor elkaar krijgen.'