Menno Pot vindt het jammer dat het Ajax-publiek Anwar El Ghazi niet in de armen heeft gesloten. De columnist van Het Parool vergeleek de aanvaller de laatste jaren samen met andere fans vaak met Tscheu La Ling, die nog wél op steun van de supporters kon rekenen.
'Sommige supporters om ons heen vonden dat een vorm van majesteitsschennis. Die El Ghazi, zeiden ze dan, mag de veters van Ling nog niet eens strikken. Alsof de echte Tscheu niet gewoon een wispelturige, inconsistente cultfiguur was. De echte Tscheu liep óók heel vaak te klootviolen op rechts. In de Lingjaren bakte Ajax er Europees óók meestal niks van. Typisch een speler die, net als El Ghazi, gewoon zijn eigen veters mocht strikken. Niets mis mee.'
'Dat de meeste voetballers die geen basisplaats hebben tegenwoordig zo snel mogelijk weg willen, of haastig verkocht worden, is tot daar aan toe. Droeviger is het dat het Ajaxpubliek niet meer zo van Tscheutypes lijkt te houden', vervolgt Pot. 'Grillige, flegmatieke, wisselvallige spelers konden vroeger publiekslievelingen zijn. Júist zij. Nu is zo'n type gewoon niet goed genoeg. Vervangbaar. Het verschil tussen de oude en de nieuwe Tscheu zat 'm niet primair in wat ze het publiek in de gemiddelde wedstrijd gáven, maar zeker ook in de hoeveelheid liefde die ze ervoor terugkregen.'
Plaats reactie