Tijani Babangida kijkt met een trots gevoel terug op zijn periode als speler van Ajax. De Nigeriaan sloot in 1996 aan bij een club die de laatste twee Champions League-finales speelde en dat gegeven alleen al deed de overstap van Roda JC naar Amsterdam voor hem als een eer voelen.
'Ik was zo blij om in dat Ajaxshirt te kunnen spelen. Voor mij was dat meer dan een vervulde droom', begint Babangida zijn relaas, in gesprek met Ajax Life. 'Ajax was zo'n beetje het hoogst haalbare', zegt de aanvaller, doelend op de Europese prestaties van Ajax in de jaren '90.
Als Nigeriaanse vleugelspeler, trad Babangida in 1996 in de voetsporen van Finidi George, iemand die hij een 'grootheid' noemt. 'Maar ik voelde dat niet als last; ik wist wat ik kon.' De Europese prestaties van Ajax hadden bovendien hun weergave op de ambities van Babangida. 'Ik was abnormaal gemotiveerd, wilde de Champions League winnen, meer nog dan kampioen worden. Jammer dat het team niet in vorm kwam.'
Mindere prestaties
Met dat laatste doelt Babangida op het feit dat Ajax in zijn eerste seizoen op alle vlakken een teleurstellend jaar beleefde. De Amsterdammers eindigden als vierde in de Eredivisie, verloren de strijd om de Super Cup en werden in de beker al in de tweede ronde uitgeschakeld. In de Champions League ging het wat beter, maar was de halve finale het eindstation, waardoor het seizoen zonder prijzen eindigde.
In de vorm van de Champions League kreeg Babangida dus wel het podium waar hij van droomde en daar genoot hij met volle teugen van. 'Geweldige wedstrijden vond ik dat, zeker de kwartfinale tegen Atlético Madrid. In de halve finales tegen Juventus waren we kansloos, maar toch haalden we de halve finales.'
Plaats reactie