Daley Blind hoopt tijdens deze interlandperiode zijn honderdste interland voor het Nederlands elftal te spelen. De oud-Ajacied blikt in gesprek met De Telegraaf terug op zijn 99 interlands tot nu toe. Blind geeft toe dat hij nooit aan de honderd interlands heeft gedacht. 'Omdat ik ook relatief laat (op 22-jarige leeftijd, red.) debuteerde en onderweg de grote toernooien in 2016 (EK) en 2018 (WK) heb gemist. Ik ben bijzonder trots op deze prestatie.'

Blind noemt de openingswedstrijd tegen Spanje tijdens het WK in 2014 als zijn mooiste interland tot nu toe. Oranje won met 5-1 van de Spanjaarden en Blind was belangrijk. 'Mijn WK-debuut in 2014 was de mooiste, waarbij ik met een pass van achteruit een assist gaf bij de 1-1 met het legendarische doelpunt van Robin van Persie. Die bal heeft mijn leven veranderd, omdat ik met deze ene bal direct in de hele wereld op de kaart stond.' Het duel met Brazilië tijdens datzelfde WK komt daar vlak achteraan, vertelt Blind. 'Ik maakte één van mijn drie interlanddoelpunten. Nota bene met rechts.'

De speler van Bayern München wordt overvallen met de vraag wie zijn beste bondscoach is. Volgens Blind is dat een gewetensvraag. 'Ik moet misschien Louis van Gaal zeggen, maar zeg Louis van Gaal en mijn vader Danny. Hoewel we in de tijd van mijn vader niet in een goede fase zaten met Oranje en we niet goed presteerden.' Volgens de Oranje-international is een combinatie van Blind en Van Gaal het beste. 'Het groepsproces met Van Gaal, terwijl mijn vader mijn beste persoonlijke trainer is. Van kleins af aan. Door zijn lessen ben ik de voetballer geworden die ik ben geworden. M’n beste trainer ooit.'

'Robben was op het WK 2014 onnatuurlijk goed'

Blind krijgt ook de vraag wie de beste international was met wie hij op het veld stond in het Nederlands elftal. 'Ik heb met legends gespeeld als Wesley Sneijder, Arjen Robben en Robin van Persie', somt de oud-Ajacied een aantal grote oud-medespelers op. 'Robben was op het WK 2014 onnatuurlijk goed. Bizar gewoon zoals hij in bloedvorm was. Dat zal me altijd bijblijven, zeker tegen Spanje, toen hij iedereen gewoon voorbij sprintte.'