George Ogararu merkt op dat het Ajax-DNA dit EK niet groots vertegenwoordigd is bij het Nederlands elftal. De voormalig rechtsback van de club is geboren en woont in Roemenië en dus kijkt hij desondanks uit naar het treffen met het land waarin hij tussen 2006 en 2010 actief was als profvoetballer. Vandaag de dag timmert Ogararu aan de weg met de jeugdopleiding van Steaua Boekarest, maar ook hij legt zijn focus deze zomer op het EK. We spreken de 44-jarige bestuurder over Roemenië – Nederland, het Ajax-DNA en meer.

Bestel het nieuwe Ajax-uitshirt in de Ajaxshop!

Allereerst vertelt Ogararu dat het goed gaat met hem, zeker na afgelopen woensdag. Roemenië speelde toen met 1-1 gelijk tegen Slowakije en dat bleek uiteindelijk genoeg voor de koppositie in Groep E op het EK. Vanuit Nederland werd de ontwikkeling met gejuich ontvangen, want omdat Georgië van Portugal won, werd niet Engeland maar Roemenië de tegenstander van Nederland in de achtste finale. In Roemenië is men echter vooral blij en trots met de prestatie in de groepsfase. ‘Het gaat geweldig na woensdag. Het is knap om bovenaan te eindigen in die groep, al is het raar gelopen met vier landen op vier punten. We kunnen er nu van genieten en ons voorbereiden op de wedstrijd tegen Nederland. Het gaat leuk worden, dat weet ik zeker. Het is voor ons erg speciaal, want wij als familie hebben nogal een geschiedenis in Nederland. We zijn behoorlijk gehecht aan het land.’

‘Het is een klassieker’, omschrijft Ogararu het treffen met Nederland. ‘Voor mij persoonlijk is het speciaal. Ik hoopte eigenlijk niet tegen Nederland te spelen, want twee van zijn kinderen zijn in Nederland geboren en dat levert thuis problemen op. Mijn kinderen steunen Nederland.’ Hoe dat, ondanks dat de familie Ogararu in Roemenië woont, zo tot stand is gekomen, legt hij vervolgens uit. ‘De jongste is zeven jaar oud en in Amsterdam geboren. Hij voetbalt bij Steaua Boekarest en vertelde me: als we tegen Nederland spelen, steun ik Nederland want daar ben ik geboren. Ik zei: maar je bent Roemeens, waarop hij zei: ik ben half Roemeens en half Nederlands, dus ik kan zelf kiezen. Ik vertelde hem dat hij inderdaad altijd kan kiezen, maar dat hij ook thuis nog mee moet eten. Het gaat leuk worden. Het kunnen hongerige dagen worden voor de kinderen.’

Ogararu ontwikkelt talent

Eerst doen we een stapje terug, want hoe vergaat het Ogararu zelf eigenlijk? Hij werkte in 2016 en 2017 nog in de jeugdopleiding van Ajax, waarna hij in 2019 weer aan de slag ging in Roemenië. Na werkzaamheden bij FC Viitorul heeft de voormalig rechtsback nu een eervolle baan te pakken bij Steaua Boekarest. ‘Ik ben nu de sportief directeur van Steaua Boekarest, ik heb de leiding over de jeugdopleiding. Ik houd me bezig met het ontwikkelen van de talenten en probeer ze bij de nationale teams te krijgen. We hebben veel jonge spelers bij het nationale team, dus we bouwen aan de toekomst.’

‘Ik kan veel gebruiken uit mijn Ajax-tijd’, voegt Ogararu, die weet dat Steaua Boekarest in Roemenië nog niet toonaangevend is op het gebied van jeugdontwikkeling, eraan toe. Zijn tijd in Amsterdam helpt hem om de volgende stappen te zetten met de – zo vertelt Ogararu zelf – meest succesvolle club uit het land. ‘Zoals de manier waarop je een talent herkent en hem vervolgens ontwikkelt, hoe je een filosofie neerzet en hoe je met uitdagingen omgaat. Ik heb het bij Ajax geleerd en probeer dat hier te implementeren. Het talent is overal, alleen je moet ermee omgaan en er het beste uit zien te halen. Talent alleen is niet genoeg.’

Roemenië - Nederland

Hoewel de voorbereidingen op het nieuwe seizoen al lang en breed weer lopen, kijkt ook Ogararu deze zomer veel naar het EK. Als vanzelfsprekend volgt hij de verrichtingen van Roemenië op de voet, maar ook de duels van het Nederlands elftal kijkt hij. ‘De wedstrijd tegen Oostenrijk heb ik ook gezien. Ik zie veel veranderingen bij Oranje. In Roemenië denkt men spanning in de spelersgroep te zien. Het is absoluut geen technisch probleem bij Oranje, al waren andere teams van Nederland op dat vlak beter dan het huidige team. Je kunt iemand als Schouten niet vergelijken met De Jong en Reijnders niet met Sneijder.’

Tegelijkertijd maakt Ogararu zich geen illusies en weet hij dat het Nederlands elftal op papier de betere partij is. Toch acht hij Roemenië zeker niet kansloos en dat heeft alles te maken met de vele verschuivingen bij Oranje en het speelplan van de Roemenen. ‘Nederland moet oppassen op de counter, want daar is Roemenië goed in. Op dit EK is dat zeker zo geweest. Ze hebben snelheid voorin, dus je moet voorzichtig zijn. Ik denk niet dat Roemenië de wedstrijd zal controleren tegen Nederland, dat hebben ze nooit gedaan. Niet toen ik speelde, de generatie na mij niet en nu nog altijd niet. Het is voor weinig teams weggelegd om meer balbezit te hebben tegen Nederland.’

Toch verwacht de voormalig speler van Ajax niet dat Roemenië zich negentig minuten lang zal terugplooien rond het eigen strafschopgebied. Volgens hem roep je de problemen dan over jezelf af. Het gaat om het herkennen van momenten. ‘Waarschijnlijk zal de situatie afhangen van hoe sterk Nederland is in balbezit. Roemenië werd door de tegenstanders in de groep ook gedomineerd. België was ook de dominante partij, al hadden we wel onze kansen. Tegen Oekraïne liep het hetzelfde, maar na het doelpunt veranderde de wedstrijd. Ik zeg altijd: ieder team heeft een plan, totdat je een tik op je kin krijgt. Daarna maakt het niet uit hoe sterk je bent, het heeft invloed op je. Je hele speelplan valt dan uit elkaar.’

Kritiek op Oranje

Juist het Nederlands elftal heeft tijdens de laatste wedstrijd op het EK die tik tegen de kin zeker gehad. Het leverde Oranje geen knock-out op, want de derde plek in de groep gaf recht op deelname aan de achtste finale, maar het kwam de ploeg op veel kritiek te staan. Eén van de oordelen gaat over het gebrek aan leiderschap en daar kijkt Ogararu enigszins gek van op. Hij ziet in iemand als Virgil van Dijk immers de aangewezen persoon om de leiding in een defensie op zich te nemen. ‘Je teamgenoten moeten je respecteren en naar je luisteren en volgens mij is dat wel het geval bij Van Dijk. Maar je moet ook in kwaliteit boven iedereen uitstijgen als het fout gaat. Desnoods doe je het dan in je eentje. Je moet een leader by example zijn en de capaciteiten hebben om de wedstrijd te begrijpen. Te zien waar het misgaat.’

In Nederland was het voor velen een verrassing dat Roemenië boven een land als België eindigde in de groepsfase van het EK. Onder de Roemenen echter, heerst er een groot vertrouwen in de huidige generatie van het land. Het is een generatie die enthousiasme losmaakt bij het volk. ‘Je ziet het ook in de stadions. Je ziet de gele shirts overal, net als de oranje shirts. Het zal een mooie strijd worden tussen de fans. Ik denk niet dat het enthousiasme uit het niets komt.’

‘Deze generatie verrast met hun kwaliteit, maar ook door de kracht van het team. Ondanks alle individuele kwaliteiten vecht iedereen voor elkaar, vooral om de kracht van de eenheid niet te verliezen. Als je dat constant doet en je hebt ook nog eens momenten van individuele klasse van spelers als Hagi, Dragus, Stanciu of Marin, dan biedt dat hoop. We geloven dat we van Nederland kunnen winnen en verder kunnen gaan op het EK. Voor de wedstrijd van woensdag geloofden we ook dat we Slowakije zouden verslaan en eerste zouden eindigen in de groep. In de EK-kwalificatiereeks werden we ook eerste, in een groep met Zwitserland. De Zwitserse spelers zijn individueel gezien ook veel beter dan die van Roemenië. Het geeft je de hoop dat je Nederland ook kunt verslaan.’

Ogararu waarschuwt Roemenië

De mindere prestatie van het Nederlands elftal tegen Oostenrijk kan die overtuiging nog eens kracht bijzetten. Tegelijkertijd weet Ogararu echter dat de 2-3 nederlaag van Oranje juist ook voor nieuwe wil en energie kan zorgen bij de mannen van Koeman. ‘Dat is ook tricky. Ze hebben van Oostenrijk verloren, maar dat zegt niets over hoe moeilijk het tegen Nederland zal zijn. We moeten niet te veel naar de wedstrijd tegen Oostenrijk kijken, want zulke dingen kunnen gebeuren. In de achtste finale moet je gewoon alles wat je hebt in de wedstrijd stoppen. We zijn ook blij dat we als eerste zijn geëindigd, want dat levert twee dagen extra rust op. Het zal een erg uitdagende wedstrijd worden voor Roemenië.’

Vervolgens komt de oud-Ajacied te spreken over de spelers van Roemenië om in de gaten te houden. De eerste naam die hem te binnen schiet, is die van Radu Dragusin – verdediger van Tottenham Hotspur. ‘Ik vind Dragusin erg goed. Zijn houding is erg goed en zijn duelkracht ook. Hij wint zo’n beetje honderd procent van zijn duels. De rechtsback, Ratiu, vind ik ook erg goed. Ik denk dat hij de eerste interessante transfer gaat opleveren. Ik zou hem goed in de gaten houden als ik clubs uit Europa was. Je kunt hem niet missen, de jongen met de blauwe haren. Hij is tot nu toe de revelatie van Roemenië. Hij blijft gaan en heeft een groot hart. Hij is goed in de duels en heeft snelheid. Verder is Stanciu de leider van deze generatie. Hij werkt hard, al heeft hij ook geweldige aanvallende kwaliteiten. Hij is het perfecte voorbeeld. Hij stopt al zijn energie in de wedstrijd om het team te helpen en de ruimtes op te vullen. Hij is het hart van het team.’

Razvan Marin is één van de andere spelers die een goede indruk maakt bij Roemenië. De centrale middenvelder speelde tijdens het seizoen 2019/2020 in het shirt van Ajax, maar kon daar nooit echt indruk maken. Hij kwam vol verwachtingen over van Standard Luik, maar kon die nooit waarmaken. Ogararu is van mening dat Marin op een moeilijk moment naar Ajax kwam. ‘Hij moest het vertrek van Frenkie de Jong compenseren. Iedereen verwachtte dat Razvan het niveau van Frenkie aan zou tikken, maar dat is heel moeilijk. Geen van alle spelers die na Frenkie kwamen, kon dat gat opvullen. Razvan was de eerste die het mocht proberen. We kennen de Ajax-fans en ze hebben niet veel geduld. Het was erg moeilijk voor hem. Hij deed het bij Standard Luik erg goed. Dan kom je bij een andere club, een grotere club met hogere verwachtingen en een andere speelstijl. De speelstijl paste hem niet echt. Op dat moment was het niet de beste keuze voor hem.’

Het afgelopen seizoen was Marin als huurling van Cagliari een vaste waarde bij Serie A-club Empoli. Juist in een Europese topcompetitie houdt hij zijn hoofd wel boven water en dat kan Ogararu bekoren. ‘Ze waarderen hem in Italië. Hij doet het goed. Hij is een teamspeler, iemand die ook het verschil kan maken. Hij is niet spectaculair, maar erg efficiënt in zijn passing, het veroveren van de bal en het maken van doelpunten. Hij is een speler die je echt nodig hebt in je team. Hij is intelligent en kan zich aanpassen aan een wedstrijd of systeem. Hij is tactisch sterk. Italië past goed bij hem, zoals België ook goed bij hem paste.’

Oranje zonder Ajax-DNA

Bij het Nederlands elftal is er momenteel zo mogelijk nog minder Ajax-DNA op het veld te vinden dan bij Roemenië. Waar Marin daar een Ajax-verleden heeft, staan er bij Oranje dit toernooi steevast geen Ajacieden of spelers met een Ajax-verleden binnen de lijnen. Alleen over Donyell Malen kan dat worden gezegd, maar hij vertrok als jeugdspeler al uit Amsterdam. Ogararu probeert tot een verklaring te komen voor het ontbreken van het Ajax-DNA bij het Nederlands elftal. ‘Het zijn twee verschillende dingen: spelers die nu bij Ajax spelen en spelers met een verleden bij Ajax. Toen Gravenberch bij Ajax speelde, speelde hij ook bij Oranje. Hetzelfde geldt voor Matthijs (De Ligt, red.) en Frenkie de Jong, al zou hij nu ook spelen als hij fit zou zijn. Ik denk dat het te maken heeft met de slechte resultaten van Ajax dit seizoen.’

‘Het was erg lastig voor Ajax, want er is veel veranderd’, gaat de oud-international verder. ‘Het Ajax-DNA is verdwenen en veel belangrijke mensen die bij Ajax werkten, hebben de club verlaten. Het is lastig om hen te vervangen. De Ajax-filosofie wordt ook door die mensen doorgegeven, niet alleen door het merk dat de club is. Je hebt op dit moment simpelweg weinig redenen om de Nederlanders van Ajax in de basis te zetten, al is Brobbey een goede spits. Het verbaast me wel dat hij geen minuten krijgt. Hij heeft meer het profiel van een spits dan Memphis. Waarom de spelers met het Ajax-DNA op de bank zitten, weet ik niet. Het zijn kwaliteitsspelers en het heeft niets te maken met het seizoen van het huidige Ajax.’

Het is tot slot Matthijs de Ligt die eruit wordt gelicht door Ogararu. Als assistent-trainer van Jong Ajax maakte hij de verdediger van dichtbij mee en het verbaast hem dan ook dat de mandekker zo veel jaren later geen vaste basisspeler is bij Oranje. ‘Ik denk dat Matthijs één van de leiders is die je nodig hebt op het veld. Hij heeft de persoonlijkheid en is een captain. In dat opzicht mis je hem ook als hij niet op het veld staat. Maar misschien ben ik subjectief, omdat ik met hem heb gewerkt. Hij was mijn speler in Jong Ajax.’

Ondanks alles maakt Ogararu zich geen enkele zorgen om De Ligt. Hij is – in tegenstelling tot een groot deel van de buitenwacht - dan ook niet van mening dat hij stilstaat in zijn ontwikkeling sinds zijn vertrek van Ajax naar Juventus. ‘Het gaat ook om de speelstijl van het team. Hij had de kwaliteiten om zich aan te passen en daarna verdiende hij een transfer naar Bayern München. Dat was niet voor niets. In het begin was het lastig, maar na een periode kwam hij aan spelen toe. Daarna raakte hij geblesseerd en raakte hij zijn plek kwijt. Als hij basisspeler zou zijn bij Bayern, dan zou hij boven De Vrij kunnen spelen. Toen hij vertrok bij Ajax, verwachtte ik dat hij één van de beste centrale verdedigers ter wereld zou worden’, geeft Ogararu tenslotte wel toe.