Jan van Halst is van mening dat het moment waarop hij in het shirt van Ajax met een tulband het veld op moest destijds eigenlijk niet meer in de fase van zijn carrière paste. De oud-speler van de club, die vanaf mei toetreedt tot de Raad van Commissarissen, vertelt dat de agressie en dominantie in zijn tweede fase van zijn carrière voor een groot deel uit zijn spel was verdwenen.

'Mijn carrière zou je in twee delen kunnen hakken', vertelt hij dan ook in de podcast Building Bridges. 'In het eerste gedeelte was ik een kuitenbijter en in het tweede gedeelte niet meer. Het tweede gedeelte begon op mijn 26ste of 27ste. Toen heb ik de omslag gemaakt en zag ik mezelf als een hele sociale, vriendelijke gozer, die heel veel dacht in het belang van anderen. Ik kon echt een stap achteruit doen en ervan genieten als anderen het initiatief namen.'

'Dat ik een schop tegen mijn hoofd kreeg bij Ajax, was in een latere fase. Toen was ik al 32', vertelt hij desondanks. 'Dat met die tulband past eigenlijk bij het eerste gedeelte, maar het stelde niet zo veel voor. Ik moest de kleedkamer even in, ze moesten even wat op mijn kale kop sprayen en ze deden er een tulband omheen. Het deed allemaal geen pijn en het viel allemaal hartstikke mee. Maar voor de buitenwereld is het nog steeds: hé, tulband! Ik lach vriendelijk en het is best leuk, maar ik zie mijn tweede gedeelte meer als de voetballende coach.'

Verder komt van Halst te spreken over voetbalshirts. Hij nam het Ajax-shirt met rugnummer 8 waarin hij kampioen werd mee naar de studio en vertelt: 'Toen ik stopte bij Ajax, kreeg ik een tas vol met shirts mee. In de loop der jaren geef je shirts weg voor een veiling of een goed doel. Ik hecht daar niet zo veel heel waarde aan. Het feit dat ik bij Ajax heb mogen voetballen en een kijkje in de keuken heb gekregen, heeft me heel veel gebracht. Het was heel erg interessant hoe ze binnen zo’n internationaal topsportbedrijf omgaan met mensen en doelstellingen.'

Van Halst als nummer 8 van Ajax

Het rugnummer 8 verraadt een belangrijke rol voor Van Halst bij Ajax. De toekomstige commissaris van de club vertelt hoe het nummer bij hem terechtkwam. 'Ik kreeg het nummer 8 omdat Richard Witschge werd verhuurd. Hij ging weg bij Ajax en dus kwam nummer 8 vrij. Ik zat toen in kleedkamer 2 en Ronald Koeman haalde mij terug in de kleedkamer. Hij zei: vanaf morgen train je weer met het eerste mee, je hebt nummer 8. Heb je verder nog vragen? Ik zei: nee, het maakt mij niet uit. Al krijg ik nummer 88.'