Araz Özbiliz kijkt met trots terug op zijn periode bij Ajax, zegt hij in gesprek met ELF Voetbal. De oud-Ajacied, die onlangs zijn voetbalcarrière beëindigde, heeft ondanks wisselend succes in Amsterdam nog altijd warme gevoelens bij de club uit de hoofdstad: 'Ajax zal altijd m'n club blijven.'
Özbiliz, inmiddels drieëndertig jaar, scoorde in 2012 de 1-1 tegen Manchester United in een wedstrijd die Ajax uiteindelijk met 1-2 won. De Armeen kan er inmiddels trots op terugkijken: 'Pas nu besef ik hoe bijzonder het is dat ik de eerste Ajacied ben die op Old Trafford een doelpunt maakte. Ik was alleen bezig met elke wedstrijd presteren en presteren.' Özbiliz kampte daarnaast met veel blessureleed, iets wat volgens hem het spelplezier niet ten goede kwam: 'Misschien had het met mijn operaties te maken. Ik ben acht keer onder het mes gegaan. Wellicht verdwenen de mooiste herinneringen door de narcose ver in mijn geheugen.'
De Armeen, product van de jeugdopleiding, liet Ajax in 2012 achter zich voor een verblijf in Rusland. Ondanks het feit dat Özbiliz, mede door zijn blessureleed in slechts zevenendertig duels voor Ajax in actie kwam, kijkt hij positief terug op zijn periode in Amsterdam: 'Ik heb bij Ajax een topperiode meegemaakt en met leuke spelers gevoetbald. Met Daley Blind app ik bijvoorbeeld nog wekelijks. Ajax zal altijd mijn club blijven.'
Toekomstplannen Özbiliz
Toen Özbiliz in 2020 tijdelijk stopte met voetballen, en wegens een privésituatie naar Nederland terugkeerde, duurde het niet lang voor hij op De Toekomst rondliep: 'Herman Arendse, mijn oude elftalleider, appte me. We spreken elkaar regelmatig. Hij bracht me in contact met toenmalig hoofd jeugdopleiding Saïd Ouaali. Dat leidde tot een snuffelstage. Ik liep mee met de onder acht tot en met de onder twaalf. Dat beviel uitstekend.' Hoewel deze stage niet uitliep op een langer verblijf in Amsterdam - Özbiliz keerde terug naar Armenië als profvoetballer - houdt Ajax de deur voor Özbiliz open: 'Ze zeiden dat ik altijd welkom was als ik de stap naar het jeugdtrainerschap wilde maken.'
Het is echter de vraag of we Özbiliz op De Toekomst terug gaan zien. De Armeen zou na zijn carrière graag bijdragen aan de ontwikkeling van het voetbal in het land van zijn roots: 'Bij clubs en de competitie zijn zaken minder goed geregeld dan in Nederland. Ook technisch en tactisch gezien loopt het voetbal achter. Dat zal niemand verbazen. Ik wil graag kijken of ik iets kan betekenen om het voetbal verder te helpen.'
Plaats reactie