Davy Klaassen is in een interview met het Algemeen Dagblad teruggekomen op het incident met een treuzelende André Onana. Na afloop van het gewonnen competitieduel met Sparta Rotterdam (2-1) wilden de spelers van Ajax het publiek bedanken, maar zij moesten lang wachten voordat Onana aansloot bij de groep.

'We stonden klaar om het publiek te bedanken, nadat we Sparta hadden verslagen', begint Klaassen. 'André Onana kwam aanlopen. Ik zat nog in de emotie, want ik vond het een rotwedstrijd. Het was niet dat we wat te vieren hadden. Je staat daar niet met trots. Dan wil je het publiek bedanken en naar binnen. Dan denk ik: kom op, loop even door en reageer ik met: fucking hell man.'

'Volgende dag kom ik André tegen en hebben we het erover'

Klaassen merkt op dat dat moment toevallig werd opgepakt. 'Het was niet om een signaal af te geven. Volgens mij wordt er te veel achter gezocht', zegt de ervaren middenvelder. 'De volgende dag kom ik André tegen en hebben we het erover. Dat hoort ook.'

'Als je in een team ergens mee zit, moet je dat zeggen, voordat het iets groots wordt', zegt Klaassen, waarna hij aangeeft dat irritaties onvermijdelijk zijn als je elke dag met elkaar bent. 'Verder corrigeren we elkaar niet vaak. De werksfeer is goed en de ondergrens hoog. Als iemand daaronder komt, proberen we hem samen op te beuren. Zo worden we een sterk en hecht team.’