Een jaar geleden kende het grootte publiek geen Viktor Fischer. Tegenwoordig is hij niet meer weg te denken uit het eerste van Ajax. De dag voor de klassieker is een moment van terugkijken en vooruitkijken voor Viktor Fischer in Het Parool. Afgelopen seizoen heeft Fischer een basisplaats bedwongen. 'Ik heb bij Ajax een soort ontwikkelingsplan gemaakt. Vorig seizoen wilde ik aanhaken bij het eerst elftal. Dat is goed gelukt. Ik heb als invaller en basisspeler veel gespeeld. Ik heb tien doelpunten gemaakt. Dit seizoen is heel belangrijk voor me. Ik ben basisspeler en ik wil basisspeler blijven. De focus ligt daarbij op goed voetballen. Ik wil belangrijk zijn in het teamspel. Dan komen de goals vanzelf wel. Maar ik moet scherp blijven, want bij Ajax is altijd veel concurrentie.'

Er is een hoop veranderd vindt ook de Deen. ‘Bij mijn debuut tijdens de Johan Cruijff Schaal was ik een kleine, jonge jongen. Ik was heel onzeker. Ik durfde mezelf niet echt te zijn. Dat voelt als lang geleden.’

Hij moest nog een hoop leren. ‘Als je je eerste wedstrijden meemaakt, wat mag je dan wel en wat mag je niet? Wat is juist om te doen? Ik vond het heel moeilijk om dat voor mezelf te bepalen.’

De stap naar Ajax 1 was groot. Het was dan ook zoeken naar de beste speelwijze. ‘Ik voetbal altijd het beste als ik binnen de regels mijn eigen oplossingen kan zoeken. In het begin was ik steeds op zoek naar wat anderen van mij wilden. Je zit in een team, daar gelden regels. Maar daarbinnen moet je wel jezelf kunnen zijn. Als je continu alleen maar de juiste oplossing zoekt, wordt het nooit creatief. Dat lobje vorig seizoen tegen NEC is daar een mooi voorbeeld van. Ik kwam op over de as van het veld en ik zag dat Babel vrij stond als rechtsbuiten. Dat is de beste oplossing. Maar ik zag ook dat keeper ver voor zijn goal stond. Toen koos ik voor een stiftbal.’