Een kleine twee jaar geleden schreef ik een column voor Ajax Showtime waarin ik mijn verlangen uitsprak om Ajax weer eens zorgeloos te zien winnen. Ik had het wel even gehad met al die overwinningen die in de absolute slotfase met hakken over de sloot tot stand kwamen. Ik was toe aan een simpele 4-0 of 5-1, schreef ik. ‘Een zorgeloos avondje Ajax, waarbij het potentieel missen van een doelpunt bij het bier halen je grootste zorg is’, om precies te zijn. Inmiddels zou ik, en ik gok elke Ajacied met mij, er veel voor over hebben om weer terug te keren naar de resultaten van het voorjaar van 2022. De overwinningen mochten dan met de hakken over de sloot komen, ze kwamen wel.
Dit seizoen, en eigenlijk ook vorig jaar al, zijn we niet bepaald zo gezegend. Een overwinning is een zeldzaamheid geworden bij Ajax. Een zorgeloze overwinning een illusie. Het is momenteel vooral constant durende malaise, teleurstelling op teleurstelling. Elke keer als je denkt dat je de bodem van de gifbeker nu toch wel hebt bereikt, blijkt die toch nog wat dieper te liggen. Elke keer als het erop lijkt dat de club weer kan gaan bouwen, stort de boel toch in elkaar, vaak zelfs voor de steigers goed en wel staan. En zelfs als je een wedstrijd gaat zitten kijken, rekening houdend – zo denk je – met het ergste, blijkt het ergste toch nog een flink stuk erger te zijn dan je ergste nachtmerries. Zo voelt het momenteel een beetje om Ajacied te zijn.
En toch ga ik zondag weer gewoon naar de Johan Cruijff ArenA toe, als Ajax het thuis tegen FC Twente opneemt. Niet omdat ik verwacht dat het resultaat mijn gemoedstoestand veel goeds zal doen, wel om mijn cluppie te steunen. En met mij nog eens ruim 50.000 Ajacieden. Want hoe slecht Ajax ook draait en hoe diep de club ook in crisis zit, de fans zijn er ook dit seizoen altijd en overal.
Om iedere thuiswedstrijd van dit seizoen hangt het bordje uitverkocht en de Johan Cruijff ArenA zit ook iedere keer weer goed gevuld. Elk uitvak in Nederland raakte uitverkocht. Velen nog voor de groep NL-uitkaarthouders überhaupt aan de beurt kwam. Kwamen ze dat wel, waren de resterende kaarten binnen enkele minuten weg. En zelfs bij die ene uitwedstrijd waar we steevast niet welkom zijn, de belangrijkste van allemaal, de wedstrijd die dit seizoen meer gevreesd werd dan welke andere pot dan ook, waren er toch weer enkele Ajacieden die met gevaar voor eigen veiligheid in het stadion waren gaan zitten.
En die support kent geen grenzen, want ook in Europa kon Ajax steevast rekenen op hordes hondstrouwe fans die honderden, zelfs duizenden kilometers aflegden om hun cluppie te zien spelen. De verkoopcijfers van de seizoenkaarten lopen volgens de laatste berichten bovendien gelijk aan die van voorgaande jaren. En dat ondanks de derde prijsverhoging in evenzoveel seizoenen, zonder dat daar goede wedstrijden, laat staan prestaties voor terugkomen. Het verdient een groot compliment.
Dat besef was er al wel, maar daalde tegen het einde van zaterdagmiddag 6 april ineens enorm in. Ik kreeg op mijn telefoon namelijk steeds meer beelden van De Toekomst binnen. Ajax werkte daar de laatste training voor De Klassieker af. Traditioneel een open evenement, waar de harde kern en ieder ander die er zin in heeft op af komt om het team een laatste duw de juiste richting op te geven. Zo’n training gaat altijd gepaard met een goede gespannen sfeer en het nodige vuurwerk. Het levert steevast mooie en indrukwekkende beelden op. Precies wat je nodig hebt om in de stemming te komen voor de wedstrijd. Dit jaar deden de beelden me echter meer dan ik vooraf had verwacht.
Het was zaterdagmiddag, de zon scheen, het was een graad of 25, Ajax draait een baggerseizoen en de kans op een nederlaag was gevoelsmatig nog nooit zo groot. Genoeg reden voor de gemiddelde persoon om deze training een keer over te slaan. Maar De Toekomst was afgeladen. En dat raakte me. Deze mensen hoefden daar niet te zijn. Ze hadden ongetwijfeld genoeg betere en leukere dingen te doen. Maar ze waren daar om de spelers toe te juichen en aan te moedigen. Spelers van wie iedereen wel wist, maar het grootste deel waarschijnlijk nog steeds totaal niet beseft hoe belangrijk de wedstrijd is die ze een dag later zouden gaan spelen. Spelers van wie ik weet niet hoeveel waarschijnlijk vlak voor of vlak na die training hun zaakwaarnemers zullen hebben geappt om te vragen wat de laatste stand van zaken is wat betreft geïnteresseerde clubs.
Passanten in witte tricots met een rode baan in het midden die dit seizoen uit moeten gaan voor Ajax-shirts. Passanten die de fans dit seizoen al zo vaak teleurgesteld hebben. Een zaadpot op de mat legden, het ene na het andere puntenverlies leden, de meegereisde supporters in uitwedstrijden tot maximaal twintig meter afstand benaderden en een slap applausje gaven, alvorens snel met de staart tussen de benen de kleedkamer op te zoeken. Maar ook voor die passanten blijven de supporters keer op keer alles geven wat ze hebben. Telkens weer net dat beetje meer vragen van hun stembanden. Telkens weer afreizen naar de Johan Cruijff ArenA, wetend dat ze waarschijnlijk teleurgesteld gaat worden. Telkens weer laten zien hoeveel deze club voor hen, de supporters, betekent.
Natuurlijk heeft de sportieve en bestuurlijke malaise waarin de club zich al veel te lang bevindt ook zijn weerga op de fans. Nee, de Johan Cruijff ArenA is dit seizoen lang zo sfeervol niet, als hij kan zijn. Ja, er wordt veel meer gemord, gevloekt, gescholden en gefloten. En ja, we zijn als Ajacieden veeleisend en willen waarschijnlijk meer dan waar deze spelers en trainer toe in staat zijn. Eén ding zijn we echter bovenal gebleken: hondstrouw. Dat heeft de aanhoudende fanatieke support in deze crisistijd toch wel bewezen. Dus als er dan toch iemand bij deze club in diepe crisis een groot compliment verdient, dan zijn het de fans wel.
Bademba Barrie (Twitter: @Bademba__Barrie | E-mail: b.barrie@ajaxshowtime.com)
Plaats reactie