Geoffrey Castillion is trots dat hij bij Ajax heeft mogen spelen, zo vertelt de oud-jeugdspeler van de Amsterdammers in gesprek met Ajax TV. Castillion keerde onlangs terug op De Toekomst, want hij trainde mee met Ajax Zaterdag om zijn conditie op peil te houden.
'Niet iedere voetballer kan zeggen dat hij überhaupt bij Ajax heeft gespeeld, en dan ook nog in het eerste heeft gevoetbald. Dat zijn mooie momenten', begint Castillion zijn verhaal over zijn periode bij Ajax. 'Vooral als Amsterdammer en als Ajacied is het mooi dat je dan voor het eerste gespeeld hebt.' Volgens de aanvaller was het 'natuurlijk een droom' om voor Ajax te voetballen. 'Maar als je dan eenmaal in de jeugdopleiding zit, gaat het allemaal heel hard en wordt het een soort routine.'
In maart 2011 speelde de spits namelijk zijn enige wedstrijd voor Ajax 1, op bezoek bij ADO Den Haag. 'Ik had het ook niet echt verwacht, want Siem de Jong speelde destijds in de spits. Daarnaast had je Cvitanich nog en dan zat ik op de bank, dus ik had niet echt het idee dat ik zou invallen. Maar die wedstrijd startte Cvitanich met Siem de Jong op tien, dus was ik de enige spits op de bank. Dat is wel echt een hele mooie herinnering.'
'Ik ging even kijken bij de Ajax Foundation, wat zij allemaal doen, ook voor na mijn carrière'
Inmiddels is Castillion een transfervrije speler en kwam hij op bezoek in Amsterdam. 'Ik ging even kijken bij de Ajax Foundation, wat zij allemaal doen, ook voor na mijn carrière. Ik ben nu bijna 32 jaar en na het voetbal is er ook nog een leven, dus ik was me een beetje aan het oriënteren en zodoende mocht ik meetrainen met Ajax Zaterdag.'
Bij de Ajax Amateurs kwam de spits nog wat oud-teamgenoten uit de jeugdopleiding tegen. Castillion vond het dan ook leuk om die jongens weer te zien. Als het aan de oud-Ajacied ligt, dan gaat hij nog een paar jaar door met voetballen. 'Daarna is het even kijken, misschien mijn trainerspapieren halen en kijken wat er op mijn pad komt. Voor de korte termijn is het gewoon nog lekker een paar jaar voetballen.'
Plaats reactie