Alle ogen zijn dinsdagavond natuurlijk gericht op Ajax, maar het Algemeen Dagblad besteedt ook wat aandacht aan de tegenstander van de Amsterdammers: Tottenham Hotspur. Volgens de krant een bolwerk van net niet.
De kassa van de Spurs rinkelt als een malle en met spelers als Christian Eriksen en Harry Kane heeft de Londense club wereldtop in huis. Dat is echter niet af te zien aan de prijzenkast. 'Tottenham is in de context van het moderne voetbal nog een club in opbouw', meldt het AD. Sinds begin deze maand zetelt de club in een gloednieuw stadion met plek voor meer dan 60.000 bezoekers. Alle randvoorwaarden om de absolute top te beklimmen zijn er. 'Fantastisch', aldus manager Mauricio Pochettino. Het AD: 'Dat mag zo zijn, Tottenham Hotspur heeft óók de status van een club die veel te weinig prijzen wint, een bolwerk van net niet.'
De krant somt de cijfers op. 'De laatste landstitel stamt uit de jaren 50 en de laatste echt belangrijke bekers zijn al minimaal dertig jaar oud.' Volgens het blad verkoopt Tottenham Hotspur zichzelf als een club van stijl en klasse. 'Maar in Engeland wordt het vaak verfoeid om zijn misplaatste arrogantie: qua prijzenkast komt het niet in de buurt van de Europese top.'
Volgens Pochettino zijn er de nodige gelijkenissen tussen de Spurs en Ajax. Niet alleen staan beide clubs onverwachts in de halve finale van de Champions League, maar ook de joodse roots, liefde voor de jeugdopleiding en de clubcultuur voor 'mooi' voetbal en dito spelers doen de beide clubs op elkaar lijken. Het Algemeen Dagblad countert dat echter. 'Vanuit historisch en cultureel perspectief is Ajax al heel lang een internationale topclub. Tottenham Hotspur moet dat eerst nog maar eens zien te worden.'
Plaats reactie