Wat is dat toch met die nummer-6 positie bij Ajax? Sinds de aanstelling van Frank de Boer in 2010 moet er telkens opnieuw worden gepuzzeld, gepast en gemeten om tot de ideale elf te komen. Zodra 'puzzelstuk nummer 6' is gevonden, komt de stoommachine op gang. Dit keer is Thulani Serero dat puzzelstuk.
Stoommachine
Een stoommachine werkt pas als het water kookt. Pas dan ontstaat er stoom. Als de machine eenmaal op stoom raakt, is het tot grote dingen in staat. Voor Ajax onder Frank de Boer lijkt hetzelfde te gelden. Als het middenveld eenmaal staat, draait het als een tierelier. Woensdag tegen APOEL (4-0) kwam er een vervolg op de ruime zege op Willem II (5-0). Ik voorspel u dat Ajax' machine in de komende week FC Utrecht en Vitesse met de grond gelijk maakt.
Wat dat betreft komt de winterstop op een ongelukkig moment voor de landskampioen. Zoals een auto niet tot stilstand moet worden gebracht als er plankgas gereden wordt en seks niet abrupt moet worden onderbroken als het hoogtepunt net wordt bereikt, zo komt de winterstop ongelegen voor Ajax.
Serero
Ik vond Serero tegen APOEL fenomenaal. Er waren er meer, zeker. Ook Joël Veltman, Ricardo Kishna, Davy Klaassen en Arek Milik vond ik meer dan sterk spelen. Maar van die kleine strijder was ik nog het meest onder de indruk. 'Thulani was vanavond weer goed. Hij wil altijd de bal hebben of zo snel mogelijk veroveren. Speelt vooruit, heeft de techniek om snel te handelen en zet negentig minuten druk', leek De Boer het wel met me eens te zijn. Verdedigend zat Serero ook in de gezapige eerste helft al overal tussen, met tackles en onderscheppingen. Aanvallend was hij nauwelijks op een fout te betrappen, bewees hij een kei te zijn in het positiespel en zorgde hij voor een hoogstandje door zich laat in de tweede helft aan de zijlijn langs drie tegenstanders te pingelen.
Nummer zes
Serero vult de positie van nummer-6 anders in dan Daley Blind, hij op zijn beurt weer anders dan Vurnon Anita. Blind verlegt het spel constant en heeft een goede lange bal, Anita is de absolute bijter. Serero heeft wat weg van Anita. Beiden zijn fel, al loopt laatstgenoemde met nog driftigere pasjes rond. Serero is wat sierlijker in mijn ogen en beter met de bal aan de voet dan de naar Newcastle United verkaste oud-Ajacied.
Iets wat de drie gemeen hebben, is dat ze eerst zeer lange tijd op een andere positie zijn gebruikt. 'Misbruikt' zou hier wat ver gaan, maar feit blijft datt de inhaalrace in 2011 werd ingezet met Anita als middenvelder in plaats van linksback. Half Amsterdam had de linksback die Blind was persoonlijk naar de Belgische Tweede Klasse willen brengen, maar met hem is dit jaar een dragende leider vertrokken. Hij liet die mysterieuze, bij Ajax van levensbelang lijkende positie van controlerende middenvelder vacant achter.
Na Anita speelden onder meer Eyong Enoh en Christian Poulsen nog op de plek van 'nummer-6', totdat Blind daar vriend en vijand verbaasde. Dit seizoen probeerde De Boer het al met Nick Viergever en Niki Zimling, maar zij bleken niet veelzijdig genoeg. Serero wist zich nooit onsterfelijk te maken als linkermiddenvelder omdat het hem aan scorend vermogen ontbeert. Het moment waarop Serero definitief zou worden afgevinkt als 'net niet geslaagd bij Ajax' leek almaar dichterbij te komen, maar eindelijk valt alles nu op zijn plek. Voor hem én voor Ajax. Hij is het vuur dat Ajax' water doet koken. Serero is de brandstof van Ajax' machine.
Door Koen Weijland | Twitter: @KoenWeijland
De Ajax Gift Card: een leuk kado voor de feestdagen.




































Plaats reactie