Oudere Amsterdamse supporters zijn wel wat tegenslag gewend. Zoals in 1988, wanneer hun club net als kort geleden door een sportief-bestuurlijke hel gaat. We keren terug naar het tijdperk waarin Ajax in Kappa-shirts reclame maakt voor video- en cassettebanden, een kaartje voor de topper tegen PSV tien gulden kost en het Olympisch Stadion zich ontpopt als motiverende thuishaven. Ook in doorweekte toestand.
1988 is een turbulent jaar in Amsterdam. Aan de Prins Hendrikkade overlijdt jazzlegende Chet Baker na een val uit een hotelraam. In een loods aan de Sumatrakade vindt de eerste Nederlandse illegale rave party plaats. René Froger breekt door met Winter in America. Op het gemeentehuis worden de toekomstige Ajacieden Gregory van der Wiel en Jeffrey Sarpong ingeschreven als pasgeboren Mokummers. Op 26 juni is de binnenstad het decor voor de even beroemde als beruchte rondvaart van het Nederlands Elftal. 'Ik geloof dat u nu in beeld heeft een zinkende woonboot', meldt verslaggever Kees Jansma. 'Deze boot kunnen wij afschrijven.'
Zeven uit vijf
Van die zinkende woonboot is het een kleine stap naar het dolende spookschip dat de Amsterdamse voetbaltrots in de herfst van 36 jaar terug is. Ook in het tijdperk van de strippenkaarten, de walkman en schoudervullingen is een crisis bij Ajax voer voor de media, die louter uit radio, tv en print bestaan. Studio Sport produceert een item waarin de smartlap Amsterdam Huilt van Zwarte Riek de toon zet. In de brievenrubriek van Voetbal International wordt met gevoel voor drama een gedicht aangehaald met de openingswoorden 'Als het hart gewond is, raak het dan niet aan'. De sportieve malaise zit diep, zeker omdat kort geleden nota bene nog een Europacup II is binnengesleept door een goal van de inmiddels vertrokken Marco van Basten. Die zwoele avond in Athene lijkt alweer eeuwen geleden. Technisch directeur Johan Cruijff, die zijn tweede Europacup II-succes zag stranden in de finale tegen KV Mechelen, is intussen de tent uitgejaagd door het zwalkende bestuur, dat Kurt Linder aanstelt.
Deze Duitser doet geen twaalf aankopen omdat Ajax een prima selectie heeft, met onder meer Stanley Menzo, Jan Wouters, John van 't Schip en Frank de Boer. De oefenmeester die de club eerder in het decennium nog kampioen maakte, krijgt dit stel echter niet aan de praat. Zijn 4-4-2-systeem wordt week in, week uit hardop vervloekt. Tot afgrijzen van de supporters worden alleen SC Veendam en Sparta verslagen. De score bedraagt vijf uit zeven, want een overwinning is nog goed voor twee in plaats van drie punten. Ajax bivakkeert diep in het rechterrijtje. Ver weg, ergens in Lombardije, zal Van Basten ook in die dagen met stijgende verbazing hebben gekeken naar het geploeter bij zijn oude werkgever.
Tekst gaat verder onder de foto.
Spitz Kohn-effect
Het contrast met de rivaal uit Brabant kan niet groter zijn. PSV heeft zojuist de dubbel en een Europacup I in de prijzenkast gezet en het Oranjesucces op het EK'88 komt vooral tot stand dankzij spelers in Eindhovense dienst: Wim Kieft, Ronald Koeman, Hans van Breukelen, Berry van Aerle en Gerald Vanenburg. Bovendien heeft succescoach Guus Hiddink met Romário de Souza Faria een wereldster onder zijn hoede. Selectie, staf en supportersschare reizen dan ook vol vertrouwen af vanuit de lichtstad richting Olympisch Stadion. Veel fans van de thuisclub nemen daarentegen een snipperzondag. Een kamerbreed in beeld gebracht spandoek in het uitvak verwijst naar de toenmalige hoofdstedelijke citymarketing met de schurende tekst 'Amsterdam had het, Eindhoven heeft het'. Touché.
Kurt Linder heeft zojuist het veld geruimd en de vraag is of de Luxemburgse interim-coach Antoine "Spitz" Kohn een contra-effect kan sorteren. En oh ja: het regent pijpenstelen. De wel opgedaagde thuissupporters vragen zich, gehuld in poncho's, hoofdschuddend af waarom ze niet bij moeder thuis gebleven zijn. Zelfs de iconische Marathontoren, bijgenaamd de leftoren, staat er troosteloos bij. De grauwe aanblik van het strijdtoneel biedt kortom in niets hoop op een leuke middag. Al doet Romário niet mee vanwege een blessure, PSV zal hoe dan ook veel en veel te sterk zijn. En ondanks dat de regen zich even heeft teruggetrokken als er wordt afgetrapt, is van een aantrekkelijke voetbalwedstrijd uiteraard geen sprake.
Inhaalrace?
Alleen: Ajax heeft in Robbie Witschge een ervaren waterballerina, die in een vergelijkbaar schouwspel in Zaragoza eerder doeltreffend is geweest. Via Langs de Lijn horen thuisblijvers, wellicht bouwend aan een ark, dat hij op kolderieke wijze de 1-0 maakt. Een terugspeelbal van Eric Gerets verdrinkt in één van de tientallen plassen op het veld, waarna de goedlachse linksbuiten Van Breukelen omspeelt. Diezelfde Witschge neemt in de slotfase ook maar meteen een penalty voor zijn rekening: 2-0. Niemand weet precies wat er nou allemaal gebeurd is wanneer scheidsrechter John Blankenstein affluit. Er zijn in totaal 25 spelers in actie gekomen, er was een bal bij, er stond een niet-uitverkocht stadion omheen, maar het veld was meer geschikt voor een potje waterpolo. Alleen de badmutsen ontbraken.
Tekst gaat verder onder de foto.
Hoe belangrijk deze overwinning voor het moreel in de hoofdstad is, illustreert het verdere verloop van de competitie. PSV begint opzichtig punten te morsen, terwijl men binnen de ring A10 de smaak te pakken heeft. De reeks die volgt is goed genoeg om de ploeg van Hiddink tot op drie punten te naderen. Net iets te vaak geeft ook Ajax niet thuis. PSV wordt, nu wel met Romário, op eigen grondgebied nog te kijk gezet met 1-4, maar helaas zijn op een dag in mei de competitiewedstrijden op. De spannende, bíjna geslaagde inhaalrace vormt voor Ajax niettemin de opmaat naar periodes met meer zon. Met kaatskoning Stefan Pettersson als razend populaire spits, Wim Jonk als nieuwe dirigent en de onbekende Louis van Gaal op de regisseursstoel verhuist de kampioensschaal het seizoen erop alsnog richting Watergraafsmeer.
Italiaanse traditie?
En het Olympisch Stadion? Dat zal nog even een vertrouwde, warme stek blijven. Want na een jaar uitsluiting vanwege het staafincident wordt hier de eerstvolgende Europese deelname prompt omgezet in zilverwerk. Bijzonder, ook omdat de uitreiking van de UEFA-beker de voorgaande drie edities een Italiaanse aangelegenheid is. In 1989, als ergens in Toscane ene Francesco Farioli het levenslicht ziet, belandt de cup bij Napoli. Voor de twee finales erna staan Juventus, Fiorentina, Internazionale en AS Roma op het affiche. De finalist die deze aparte traditie in stand moet houden is Torino. Een geruststellende statistiek: de laatste Italiaanse ploeg die van Ajax won in het Olympisch Stadion, was AS Roma in 1983. En dat blijft zo.
Klapstoel
Omdat de climax van dit toernooi nog over een uit- en thuiswedstrijd wordt uitgesmeerd, kunnen aanvoerder Danny Blind en zijn mannen aan de bak. Ajax heeft in de halve finale afgerekend met Genoa en verblikt of verbloost niet bij het enorme aanbod aan theater dat ook Torino op de mat legt. Na de 2-2 in het Stadio Delle Alpi is de 0-0 in Amsterdam voldoende vanwege de twee 'dubbel tellende' uitdoelpunten. Het gaat niet zonder slag of stoot. Er zijn veel schermutselingen op het veld, Pettersson moet het bekopen met een arm uit de kom en de hysterische coach Emiliano Mondonico staat in het heetst van de strijd wanhopig met een klapstoel boven zijn hoofd te zwaaien. Het mag niet baten. Een ervaring rijker, maar een traditie armer verlaat de Italiaanse karavaan onverrichter zake de iconische plek aan de Stadionweg, die voor Ajax alsmaar leuker zal worden. In de 34 resterende officiële potten op deze locatie verliest het nog zelden punten. En een wedstrijd zoals die tegen PSV, die eerder een schoolslag was dan een slijtageslag, zal er sowieso niet meer voorkomen.
Ajacied in Toscane (info@ajaxshowtime.com)
Discussieer nu mee in ons forum over de aankomende transferperiode!
Plaats reactie