Maurice Steijn zag zijn ploeg redelijk voor de dag komen in het Europa League-duel met AEK Athene. De trainer van Ajax laat tegenover de NOS weten dat hij progressie zag in Griekenland, maar dat er nog genoeg ruimte voor verbetering is.

'Aan de ene kant vind ik dat we redelijk goed staan als de tegenstander de bal heeft. We geven ook deze wedstrijd niet heel veel kansen weg doordat de tegenstander ons helemaal ondersteboven speelt. We doen het zelf. Ik denk dat Ávila heel veel goede inspeelpasses heeft gegeven. Door de linies heen, neemt risico's in zijn spel. Dat willen we ook, maar we willen ook af van die passes die dwars door het centrum gaan en bijna de 2-1 inleiden. We moeten hem zoveel mogelijk opties geven zodat hij niet de meest moeilijke bal hoeft te geven.'

Net als tegen RKC Waalwijk koos Steijn tegen AEK Athene voor Josip Šutalo en Gastón Ávila in het centrum van de verdediging. De Ajax-trainer is van mening dat er nog geen ingespeeld duo staat. 'Je ziet dat het centrum toch nog steeds onwennig is. Aan de bal moet het absoluut beter, maar ik vind dat ze in de 'box' (zestien, red.) wel goed verdedigd hebben. Ze hebben voorzetten goed verdedigd, ze hebben hun mannetje gestaan. Dus ik vond het verdedigend goed staan. Ik ben het wel eens dat het aan de bal nog beter moet.'

'Aan de bal zijn we nog steeds slordig'

Steijn is van mening dat zijn ploeg voorzichtig stapjes maakt in het proces. 'Als je onze wedstrijd tegen RKC afgelopen week ziet, dan zie je progressie. We kunnen niet heel veel trainen, maar wat we kunnen doen gaat beter. Ik zie dat er een ploeg aan het ontstaan is. In het begin was dat ook best moeilijk, dat weten we allemaal. Ik denk dat we het bij vlagen goed hebben gedaan in deze ambiance en tegen een ploeg die wint bij Brighton. Maar we moeten ook kritisch blijven. Aan de bal zijn we nog steeds slordig.'