Steven Berghuis vindt zijn rode kaart tegen Olympique Marseille onterecht en twijfelt zelfs of het een gele kaart was, zo vertelt de Ajacied in gesprek met Veronica. Berghuis maakte een sliding en kreeg in eerste instantie geel, maar na ingrijpen van de VAR ontving de spelmaker een rode kaart. Ajax verloor donderdagavond met 4-3 in Marseille.
'Ik vind het geen rode kaart', begint Berghuis duidelijk. 'Ik twijfel zelfs over geel, maar dat is mijn mening. Ik rol eigenlijk over de bal heen en uiteindelijk kom ik met hem in contact. Ik vind het zeer discutabel eerlijk gezegd... Ik zet gewoon een tackle in om een buitenspeler te stoppen. Ik stop hem fair en uiteindelijk neem ik mijn andere been daarin mee. Ik twijfel zelfs over geel en er waren nog wel meer discutabele beslissingen.'
De Ajacied vroeg de scheidsrechter om uitleg, maar weet niet meer wat de arbiter zei. Berghuis merkte verbazing bij zijn ploeggenoten en baalde zelf enorm na zijn rode kaart. 'Ik zat zelf heel lekker in de wedstrijd en met Ajax zaten we ook vol in de wedstrijd. Met tien maak je het er gewoon niet makkelijker op. Ze komen nog terug tot 3-3, dan hoop je dat ze die over de streep kunnen trekken. Al maakt dat voor de stand in de poule niet veel uit. Daarna werd het nog 4-3 met wederom een aparte beslissing.'
'Misschien was hij fan van Gattuso'
Berghuis vindt zijn eigen rode kaart discutabel, maar zet ook zijn vraagtekens bij de twee penalty's. 'Het is een Italiaan, dus misschien was hij fan van Gattuso (Italiaanse trainer van Olympique Marseille, red.). Ik zeg misschien', vervolgt de Ajacied zijn verhaal. In Marseille speelde Ajax een wedstrijd die het elftal typeert, vindt Berghuis. 'Jong, onbevangen, veel scoren, maar ook te veel tegen krijgen. Over twee wedstrijden tegen Marseille scoor je zes keer, maar krijg je ook zeven goals tegen. Dan wordt het moeilijk om wedstrijden te winnen. We hadden bij vlagen hele goede momenten, maar ook vier tegengoals, dus een beetje een dubbel gevoel.'
Volgens de middenvelder annex aanvaller is het lastig om het hoge aantal tegendoelpunten te verlagen. 'Het is wel iets structureels. Daarin moet toch wel een beetje de volwassenheid terug. Als je onze achterhoede ziet, dan zijn het allemaal jongens van negentien of twintig jaar, ook op het middenveld en voorin hebben we jonge jongens. Daarin missen we natuurlijk ook wel wat, zo eerlijk moeten we zijn.'
Plaats reactie