Sjaak Swart hoopte als speler van Ajax om laat in het seizoen op PSV of Feyenoord te stuiten. In gesprek met Ajax TV, waarin Mister Ajax uitgebreid terugblikt op 125 jaar Ajax, vertelt hij dat hij ervan genoot dat de rivalen een hand moesten geven wanneer zijn Ajax al kampioen was geworden.
In zijn carrière als speler werd Swart liefst acht keer kampioen met Ajax. Om een bijzondere reden is vooral de titel van 1960 blijven hangen. 'Op die dag kwam Co Prins, ook oud-Ajax-speler naar mij toe. Hij zegt: Mijn verkering heeft een vriendin die graag mee wil. Mag ze mee? Ik vond dat prima. Dus Co regelt dat. We gaan die wedstrijd spelen, winnen met 5-1 en worden kampioen. Het was groot feest.'
'Na de wedstrijd heb ik mij voorgesteld aan dat meisje. Toen zegt ze tegen mij: Ik ga wel naar huis, jij moet lekker met je voetbaljongens feest gaan vieren. Daar was ik het helemaal niet mee eens en dus bleef ze. En het mooie is: we zijn nu 65 jaar bij elkaar. Ik heb meer dan een kampioenschap overgehouden aan die dag.'
Mistwedstrijd tegen Liverpool
Ajax en Swart speelden in 1966 de befaamde mistwedstrijd tegen Liverpool. De voormalige aanvaller herinnert zich nog een 'fantastische' wedstrijd. 'Bij die wedstrijd mocht er niet gewisseld worden, overigens. We hebben de hele pot met tien man gespeeld. Wim Suurbier raakte geblesseerd aan het begin van de wedstrijd. Ik stond die wedstrijd rechtsback. Dat kon ik wel. Had ik vaker gedaan. Nou: vier assists en 5-1 winnen. Ken je het verhaal van de 3-0, trouwens?'
Swart liep bij die treffer al naar de kleedkamer, omdat hij dacht dat het rust was. 'Ik hoorde een fluitsignaal. Ik dacht: het is afgelopen. Toen ik binnenkwam, kwam ik Jaap Hordijk tegen. Een official van ons. Hij zegt: Sjaak wat doe je nou? Het is helemaal geen rust. Dus ik ren terug het veld op, krijg de bal, speel drie man van Liverpool voorbij, geef een voorzet en het is een goal. Ongelooflijk.'
De overwinning op Liverpool was volgens Swart het startschot van Ajax op het Europese toneel. 'We hadden het idee: we horen erbij. Het elftal van toen is natuurlijk uiteindelijk doorgegroeid naar een heel succesvol Ajax. Je merkte het destijds ook wel bij Liverpool hoe ze nog over ons dachten. We wonnen thuis met 5-1 en hun trainer zei nog: Ach, thuis winnen we wel met 7-0. Dat werd dus 2-2.'
Tekst gaat verder onder de foto.

Voorspellen met Swart
Vanzelfsprekend houdt Swart de verrichtingen van het huidige Ajax nauwlettend in de gaten. Met nog acht competitiewedstrijden voor de boeg en zes punten voorsprong op koploper PSV, weet hij dat het nog niet gespeeld is. In een notitieboekje voorspelt Swart alle wedstrijden van Ajax. 'Groningen, PSV, Willem II (en FC Utrecht, red.), allemaal uitwedstrijden. Ik zet er dan bij hoeveel punten we kunnen pakken: één of drie. Thuis moet je ze sowieso allemaal een klap geven.'
Swart, die zich al jaren op deze manier bezighoudt met de wedstrijden van Ajax 1, had tijdens zijn spelerscarrière een bijzondere gewoonte. 'Ik keek naar wat onze laatste drie wedstrijden van het seizoen waren. Ik hoopte altijd dat of Feyenoord of PSV daarbij zat. Dan wilde ik altijd dat we voor die tijd kampioen werden. Dan moesten ze ons een hand geven om ons te feliciteren. Dat vond ik dan zo mooi. Niemand denkt zo, maar ik wel.'
De allerbeste speler ooit
Voor Swart staat buiten kijf dat Johan Cruijff de allerbeste voetballer ooit was. 'Je hebt Maradona gehad, Pelé, George Best. Allemaal uitzonderlijke spelers. Allemaal in hun eigen periode. Maar Johan was, toen ik speelde, de aller- allerbeste. En een topjong. Hij wilde ook altijd voor iedereen iets extra’s doen. Johan en ik waren in een hoop dingen hetzelfde.'
Tot slot vertelt Mister Ajax waarom Ajax voor hem de mooiste club van de wereld is. 'De manier van spelen. Aanvallen. Voor het publiek spelen, dat geld betaalt. Het totaalvoetbal van Ajax, zoals wij dat in de jaren zeventig speelden. Dat gingen Bayern München en FC Barcelona later nabootsen. Wij hebben veel voor het voetbal betekend. Wat ze ook zeggen over ons: Ajax is en zal altijd mijn club blijven.'
Plaats reactie