De aanvoerder is jarig. Edgar Davids viert deze donderdag 13 maart zijn 35ste verjaardag. Een historische dag dus voor hem en daarmee voor Ajax. Daarom staat de rubriek Historie vandaag in het teken van Davids.
Het grote publiek kent Edgar Davids sinds september 1991, toen hij in Ajax 1 debuteerde tegen RKC Waalwijk. De achttienjarige linkspoot was daags voor die wedstrijd met Ajax 2, dat onder leiding stond van Louis van Gaal, op toernooi in Bologna en ze hadden net met 1-0 gewonnen van Napoli. De volgende dag stond er een wedstrijd tegen Juventus op het programma. De jonge Edgar keek uit naar dat duel. Maar hij zou niet spelen. Hoofdtrainer Leo Beenhakker haalde hem terug naar Amsterdam omdat hij hem voor Ajax 1 nodig had tegen RKC. De jongeling speelde het hele duel en zag Dennis Bergkamp vier keer scoren. Ajax won met 5-1; John van ât Schip had Ajax aan de voorsprong geholpen.
Op de dag dat Davids twintig jaar werd, op 13 maart 1993, speelde hij weer tegen RKC. Ajax won opnieuw, nu met âslechtsâ 2-1. Dat seizoen speelde hij 28 competitieduels, de meeste in zijn Ajax-jaren die uiteraard in het seizoen 1994-1995 alle hoogtepunten kenden. Zeven duels in de Champions League kreeg Davids achter zijn naam. De gewonnen finale tegen AC Milan als belangrijkste.
Het seizoen daarna mocht Davids ook in de wedstrijd om de Wereldbeker uitkomen. Die beker voegde hij ook toe aan zijn palmares toen Danny Blind tegen Gremio de enige treffer wist te maken in de 120ste minuut, 1-0. Aan het einde van het opnieuw succesvolle jaar waarin hij 42 officiële wedstrijden voor Ajax speelde, zocht Davids zijn geluk in Italië.
In mei 1996 ging hij samen met Michael Reiziger naar AC Milan, in voetsporen Marco van Basten en Frank Rijkaard. Minder succesvol was zijn EK in Engeland, toen hij door Guus Hiddink naar huis werd gestuurd. Ook bij Milan ging het niet zoals gewenst en twee jaar en negentien competitiewedstrijden later volgde een overstap naar Juventus.




































Plaats reactie