Nigel de Jong vond het in zijn Ajax-tijd het fijnst om als rechtermiddenvelder te spelen. De multifunctionele voetballer kon op meerdere plekken uit de voeten en werd ook op meerdere posities gebruikt, maar zelf heeft hij dus wel een duidelijke voorkeur.
‘Ik vond rechtshalf bij Ajax de lekkerste en fijnste plek om te spelen. In de jeugdopleiding werd ik aanvankelijk vooral als aanvallende middenvelder, spits of linksbuiten ingezet. Vooral de aanvallende posities dus, maar in de A1 ging ik steeds verder naar achteren. Ik werd een ‘4’ die veel kon inschuiven en echt box-to-box kon spelen. Toen ik in Ajax 1 kwam, werd ik veel gebruikt voor verdedigende zekerheid’, vertelt De Jong aan Ajax.nl.
Later, onder toenmalig trainer Danny Blind, kwam De Jong als rechtermiddenvelder te spelen. ‘Dat was een fantastisch jaar en ik haalde echt heel veel plezier uit die periode. Ik denk dat ik goed was in het helpen en ondersteunen van de verdediging, maar ook altijd precies wist waar en wanneer ik voor de goal moest komen om te scoren. Ik was natuurlijk geen Wesley Sneijder of Rafael van der Vaart, maar ik kon wel goed box-to-box spelen, de juiste momenten herkennen en precies op tijd zijn.’
De inmiddels 35-jarige De Jong voetbalt nog altijd. De middenvelder slijt de nadagen van zijn carrière in Qatar bij Al-Shahania, maar heeft ook al plannen voor na zijn loopbaan. De Jong wil namelijk voetbaltrainer worden. ‘De ambitie is er wel en ik ben bezig met het behalen van de juiste papieren. Ik denk dat het in mijn persoonlijkheid zit dat ik voetbal wil en probeer over te brengen.’
Plaats reactie