Op het trainingskamp in Portugal âschitterenâ enkele rechtsbuitens door afwezigheid.
Vijf jaar geleden verbleef Ajax voor het laatst in Portugal. Toenmalig trainer Ronald Koeman benaderde het trainingskamp serieus, maar liet de gezelligheid wel intact. Het slaan van een golfballetje, af en toe een vis vangen en uitwaaien op het strand zorgden voor de broodnodige ontspanning tussen de bikkelharde trainingen door.
Die week stond vooral in het teken van de rechteraanvallers. Tom de Mul en Daniël de Ridder, afkomstig uit de jeugd, werden bij de selectie gehaald en mochten ruiken aan het bestaan van een profvoetballer. Beide spelers waren klassieke rechtsbuitens waar Ajax al een tijd behoefte aan had.
Andy van der Meyde was een half jaar eerder verkocht aan Internazionale. De leegte die hij op de rechtervleugel achterliet werd onvoldoende opgevuld door Wesley Sonck, zo oordeelde Koeman. De oefenmeester nam De Ridder en De Mul mee naar de Algarve en gaf de jonkies de kans van hun leven.
Vooral De Ridder greep na het trainingskamp zijn kans en veroverde een basisplaats. De Mul debuteerde ook vrij snel na de winterstop. Zijn doorbraak bij Ajax liet nog twee jaar op zich wachten, maar voor beide rechtsbuitens was het trainingskamp in Portugal het opstapje naar het eerste elftal.
Plaats reactie