Ismael Urzaiz is dit seizoen bij Ajax tot dusverre niet verder gekomen dan zeven optredens. De Spaanse Ajacied neemt meestal op de reservebank of op de tribune plaats, naast zijn maatje Albert Luque. Samen met Johnny Heitinga en Erik Heijblok werd hij zondag in de Amsterdam Arena al uitgezwaaid door het Amsterdamse publiek. In een interview met dagblad De Pers vertelt de vertrekkende Urzaiz hoe hij zijn jaar bij Ajax heeft ervaren.

"Ik heb niet veel te vertellen", zegt de bonkige spits in de gratis krant. "Het is rustig, erg rustig in mijn leven. Ik ben weg uit mijn vertrouwde omgeving van familie en vrienden en voetballen doe ik ook nauwelijks. Het is rustiger dan het ooit is geweest in mijn leven. Nee, daarom ben ik niet naar Nederland gekomen. Ik ben wel belangrijk in de kleedkamer. Ik merk dat de jongens respect voor me hebben vanwege mijn staat van dienst."

Urzaiz (36) veerde afgelopen zomer op toen Martin van Geel telefonisch contact met hem opnam om te praten over een transfer. "Een grote club, nog altijd", aldus de Bask over Ajax. "Als een andere club uit Nederland had gebeld, dan had ik het nog niet geweten, want er was ook interesse vanuit Engeland en Duitsland. Maar Ajax, dat was iets bijzonders."

Van Nederland heeft Urzaiz al veel gezien. Hij is in Volendam geweest, in Leiden en in Den Haag. In Leiden zag hij het museum Corpus, in Den Haag Madurodam. Op het verlanglijstje staat nu nog een bezoek aan Rotterdam. "Ik hoef geen petje op te doen als ik naar Rotterdam ga. Er is toch niemand die deze Ajacied kent. Ik denk ook niet dat Ajax-fans zich mij later herinneren. Misschien vinden ze me een goede voetballer, maar dat komt dan door mijn verleden. In het shirt van Ajax heb ik hen weinig kunnen laten zien."

Urzaiz baalt van de situatie, omdat voormalig Ajax-trainer Henk ten Cate een heldere rol voor hem in petto had. Alles veranderde na de benoeming van Adrie Koster. "Mijn rol was heel duidelijk: ik moest erin komen in de tweede helf