John Heitinga heeft niet overwogen om Calvin Bassey tijdens Ajax - Feyenoord naar de kant te halen. De centrale verdediger stond in defensief opzicht zijn mannetje, maar zag er in balbezit meerdere malen niet goed uit. Heitinga wil vooral aandacht voor zijn sterke punten.

Op de persconferentie na afloop van De Klassieker vertelt de oefenmeester dan ook niet met de gedachte te hebben gespeeld om Bassey te wisselen. 'Er zijn andere jongens die moeten helpen. Het is een teamsport en we doen het samen. We leggen nu te veel de nadruk op Calvin. We prijzen hem ook om zijn verdedigende kwaliteiten. Het is een leergierige jongen en we weten dat hij het niet goed heeft gedaan aan de bal. We weten waarin we hem moeten gaan helpen.'

'Zijn verdedigende kwaliteiten zijn te prijzen', vertelt Heitinga verder over de aankoop van de vorige zomer. 'We moeten zorgen dat we hem helpen aan de bal. Hij wisselt die momenten af, dat weten we. Kenneth (Taylor, red.) is dan degene die meer aan de bal moet komen. Dan wil je een opbouw creëren met drie plus één. Dan moet Calvin de middelste zijn, Jurriën (Timber, red.) rechts en Kenneth links van hem. Op momenten dat we dat voor elkaar kregen, zag je dat we onder de druk van Feyenoord uit voetbalden.'

Niet alleen de verdedigende kwaliteiten, maar ook de persoonlijkheid van Bassey kan Heitinga bekoren. 'Calvin is kritisch en het mooie is dat hij door blijft gaan. Hij gaat geen verstoppertje spelen. Er zijn ook spelers die de bal dan helemaal niet meer willen hebben. Het is een ontwikkelpunt, maar hij staat er ook voor zijn verdedigende kwaliteiten. Dan moeten anderen zorgen dat we het spel in beweging krijgen.'

Heitinga over interlandperiode

Nu Ajax onderuit is gegaan tegen Feyenoord, gaan de Amsterdammers met een zuur gevoel de interlandperiode in. 'Het liefst ga je verder en wil je bouwen', zegt Heitinga dan ook. 'We weten dat er stappen gezet moeten worden, maar er is nu een interlandperiode. Ik hoop de jongens zo snel mogelijk weer terug te zien, want dan zullen we de achtervolging weer moeten inzetten in de competitie.'