Vloeken in de kerk is het bij veel teams in de Jupiler League, maar Jong Ajax maakt kans op hun eerste landstitel in het betaald voetbal. Hoe de kar van de beloften in een seizoen van transitie getrokken wordt door nieuwe- en bovenal jongelingen (en niet de tussen aanhalingstekens grote namen).

De voetbaljaargang was nog niet begonnen toen Marcel Keizer als hoofdtrainer werd aangesteld bij het eerste elftal. Hij kreeg één doel van de directie mee: het voetbal van Jong Ajax naar de Johan Cruijff ArenA brengen. Tijdens het seizoen 2016/17 was naast het vermaak in het gigantische Ajax-stadion, ook Sportpark De Toekomst tweewekelijks een vol huis. Met dank aan een geweldige lichting spelers die idem voetbal tentoonspreidden.

Donny van de Beek, Frenkie de Jong, Abdelhak Nouri, Carel Eiting en tal van anderen brachten het niveau op het hoofdveld van het jeugdcomplex naar ongekende hoogte. Maar hoe anders zou het dit seizoen zijn. Een op papier mindere karrenvracht aan A-junioren kwam door naar de eerste betaald voetbaltak van de Amsterdamse club, maar hebben alle verwachtingen overtroffen. Vanaf minuut één.

Sinds de eerste speeldag draait Jong Ajax bovenin mee op het tweede voetbalniveau van Nederland. Kijkend naar de ranglijst zijn ze de beste van de Jong-ploegen in de Jupiler League. Met nog tien speelronden te spelen strijdt men met NEC Nijmegen voor het eerste échte eremetaal. Dat is reuzeknap, want Jong Ajax presteert meer dan ooit dit seizoen als tegenwicht van Stop de Beloften.

Hekelen supporters, clubs en bestuursleden de aanwezigheid van eerste elftalspelers bij belofteteams op vrijdag- en maandagen, bij Jong Ajax is het dit seizoen slechts mondjesmaat het geval. De voorheen eerste en nu tweede plek op de Jupiler League-ranglijst is mede te danken aan een tal spelers dat eerstejaarsprof of zelfs jeugdspeler is.

Noemenswaardige talenten
Danilho Doekhi (overgekomen van Excelsior), Mitchel Bakker (eerstejaars A-junior), Zian Flemming (ras-Ajacied), Dani de Wit (kersvers debutant), Teun Bijleveld (overgekomen van AZ Alkmaar), Kaj Sierhuis (goalgetter) en Noa Lang (A-junior); allen hebben een groot aandeel gehad in het teamsucces. En dan noem ik nog niet eens iedereen.

Eerstgenoemde is het hele seizoen al solide achterin. Het neefje van assistent-coach Winston Bogarde heeft een basisplaats veroverd in het hart van de verdediging en speelt wekelijks met verve. Zat hij in de A1 nog vaker op de bank, onder het bewind van zijn oom is Doekhi een stabielere kracht gebleken dan menigeen op voorhand dacht. De Wit debuteerde al in Ajax 1 en kan volgens Erik ten Hag goed penetreren in de zestien. Dit blijkt ook uit de twaalf doelpunten die hij tot dusver maakte dit seizoen. Het leverde hem tevens een contractverlening op.

Danilho Doekhi staat niet in de spotlights, maar is een waardevolle kracht bij Jong Ajax dit seizoen.

A-junioren dicht bij Ajax 1
Bakker werd als eerstejaars A-junior overgeheveld naar Jong Ajax, mocht zich bewijzen op het trainingskamp en zit wekelijks op de Ajax-bank op zondag. Hij is pas zeventien, maar kijkend naar zijn gelaat, kracht, snelheid en goede traptechniek, valt een gauw debuut in het eerste elftal niet uit te sluiten. Zijn A-kompaan Lang doorloopt een soortgelijk traject en speelt als O19-speler wekelijks bij Jong Ajax. Als middenvelder van origine, maar spelend op de flank, debuteerde hij al officieus in Ajax 1 tegen Olympique Lyon in de voorbereiding. Hij heeft zich sindsdien laten gelden bij de O19-ploeg, met een basisplaats bij Jong Ajax tot gevolg. Met twee goals tot dusver in het betaalde voetbal en consistent goede prestaties op diverse niveaus, debuteerde hij al in de wedstrijdselectie van Ten Hag.

Flemming kwam als ideale twaalfde man binnen bij Jong Ajax, werd in de voorbereiding van Jong Ajax enkel en alleen gezien als spits, maar is inmiddels een doelpuntrijke multifunctionalist gebleken. Hij debuteerde in het betaalde voetbal als captain, is in zijn eerste jaar als profvoetballer reserve-aanvoerder van de Ajax-beloften en besliste al meerdere uitwedstrijden zoals bij Almere City (1-2) en MVV (0-4). Dat laatste deed Flemming samen met Sierhuis. Een publiekslieveling die in het kielzog van Mateo Cassierra zich terug heeft geknokt van blessureleed en strijdt voor minuten. Hij zit niet bij de pakken neer en scoort wanneer hij minuten maakt. De teller staat - net als bij Flemming - op zes goals in twaalf wedstrijden en loopt dus een op twee.

Tot slot heeft Bijleveld zich Ajax heel gauw eigen gemaakt. Hij is misschien wel de meest technisch begaafde middenvelder van Jong Ajax en gaf onlangs drie assists op bezoek bij Telstar, wat zijn totaal inmiddels gebracht heeft op zeven assists dit seizoen. Met het aantal is hij na Carel Eiting de assistkoning van Jong Ajax. Het leverde al lovende kritieken op van coach Reiziger, die hem wekelijks gebruikt als basisspeler of invaller.

Teun Bijleveld gaf al zeven assists dit seizoen. Alleen Carel Eiting gaf er meer (tien).

Bovengenoemden hebben er mede voor gezorgd dat Jong Ajax een punt achter koploper NEC staat. Een razendknappe prestatie van spelers die dit seizoen debuteren op het hoogste niveau, maar seniorenvoetbal spelen alsof ze het al jaren doen. Een periodetitel leverde het al op, de landstitel in de Jupiler League – maar geen promotie – hopelijk ook.

Sjors van Veen (Twitter @SjorsvanVeen) | email: s.vanveen@ajaxshowtime.com

Lees meer Blik op Jong Ajax:

Seizoen 4
#1 - Kansen voor Mazraoui en Bergsma?
#2 - Fritten, Belgische logica en voetbal
#3 - Het Verhaal Achter: Zian Flemming
#4 - Angstaanjagende avond in Helmond
#5 - Ajax moet herboren Sidoel koesteren
#6 - Reiziger is duidelijk en onnavolgbaar
#7 - Temper de hype Dennis Johnsen
#8 - Van Bladeren en zijn Ajax-droom
#9 - 'Laatrijper' Mazraoui eindelijk beloond

Seizoen 3