Algemeen directeur Edwin van der Sar heeft woensdagavond bij Jinek nogmaals aangegeven dat ook Ajax keihard wordt getroffen door de coronacrisis. De Amsterdammers lopen volgens Van der Sar alleen al aan losse kaartverkoop zo’n vijfhonderdduizend euro per wedstrijd mis.

‘Als club in Nederland heb je supporters nodig om je begroting rond te krijgen’, opent Van der Sar, die vervolgens stelt dat Ajax een financiële buffer heeft, maar ook aangeeft dat het geld er hard uitgaat bij de Amsterdammers. ‘We hebben geld, maar we hebben ook een hoge begroting. We hebben de ambitie om aansluiting bij de Europese top te vinden en daar is onze begroting op ingesteld. We hebben zodoende ook hoge kosten, bijvoorbeeld hoge salarissen. De bedragen die binnenkomen gaan er daarom eigenlijk ook wel weer uit.’

Om de begroting sluitend te maken, moet Ajax jaarlijks twee heldere doelen zien te realiseren. ‘Wij moeten sowieso Champions League spelen en voor zo’n 55 miljoen euro aan spelers verkopen, voordat we überhaupt quitte spelen’, onthult Van der Sar.

Spelen voor beperkt publiek

Door de forse kosten die Ajax maakt, is het spelen met publiek eigenlijk een must voor de Amsterdammers. Nu dat vanwege de corona-maatregelen slechts in beperkte mate mogelijk is, loopt Ajax dan ook veel geld mis. ‘Alleen al aan losse kaartjes lopen we ruim vijf ton per wedstrijd mis. Dat Ajax rijk is klinkt leuk, maar wij worden ook getroffen’, zegt Van der Sar.

De algemeen directeur van Ajax hoopt dan ook dat er op korte termijn meer toeschouwers in de Johan Cruijff ArenA welkom zijn. Na gesprekken met de gemeente Amsterdam is echter duidelijk dat Ajax sowieso in de eerste weken van het nieuwe seizoen maar zo’n 27 procent van de totale toeschouwerscapaciteit van de Johan Cruijff ArenA kan gebruiken. ‘De afgelopen dagen hebben we intensief contact gehad met de burgemeester en de gemeente. De burgemeester heeft gezegd dat wij de competitie zullen beginnen met gemiddeld 15.000 toeschouwers. Dat klinkt veel, maar ons stadion kan er ruim 55.000 hebben. Door de protocollen die geschreven zijn mogen we in eerste instantie echter niet meer mensen ontvangen.’