Vertrekkend financieel directeur Jeroen Slop ziet dat Ajax financieel een stuk dichterbij clubs als de Premier League is gekomen. De Amsterdammers kunnen het zich permitteren om hogere transferuitgaven te doen en bovendien bestaat het salarisplafond bij Ajax niet meer.
'We hebben een stap gezet om er Europees weer bij te horen, ook financieel. Dat was lange tijd niet voor ons weggelegd. We kunnen ons niet meten met de Premier League, maar we zijn wel dichterbij gekomen', zegt Slop in een interview met Het Parool. De directeur geeft aan dat de transfer van Neymar voor 222 miljoen euro naar Paris Saint-Germain het voetbal radicaal heeft veranderd. 'Sindsdien zijn de transfersommen omhooggeschoten en hebben wij nog meer inkomsten vergaard door zelfopgeleide spelers te verkopen.'
Ajax vergaarde inkomsten uit de Champions League en - twee jaar geleden - de Europa League - waardoor men een verantwoord risico kon nemen door Dusan Tadic en Daley Blind uit de Premier League te halen. 'Daar hebben we normaal gesproken niets te zoeken. We zijn weer een club waar spelers graag naartoe komen', aldus Slop, die beseft dat niet iedere aankoop per se de juiste is. 'Het moeilijkste in het voetbal is het herkennen van talent. Niet iedere aankoop, hoe duur ook, is succesvol. Ook niet bij Ajax. Dat maakt voetbal onvoorspelbaar. Kijk naar Real Madrid: steenrijk, maar te lang vastgehouden aan gearriveerde spelers.'
De salarissen en transferuitgaven bij Ajax zijn omhoog gegaan, maar wat gebeurt er als de club zich straks voor het nieuwe seizoen niet weet te kwalificeren voor het hoofdtoernooi van de Champions League? 'Dat kan. Ik verwacht dat een aantal spelers dan aangeeft te vertrekken en dat zorgt dan voor inkomsten. Dat gebeurde vorig seizoen ook: we kwalificeerden ons niet voor Europees voetbal en we verkochten Davinson Sánchez voor 40 miljoen euro. Ook als dat niet gebeurt, kunnen we na dit lucratieve seizoen wel iets lijden.'
Denk jij dat Ajax met 3-1 wint van FC Utrecht? Zet dan in en krijg 9 keer je inzet terug!
Plaats reactie