Ajax-trainer Erik ten Hag heeft in gesprek met Ajax Life tekst en uitleg gegeven waarom hij - in de periode dat Kasper Dolberg en Klaas-Jan Huntelaar geblesseerd waren - koos voor Siem de Jong als centrumspits en niet voor Mateo Cassierra. Ajax verloor in die tijd dure punten tegen ADO Den Haag (0-0) en Vitesse (3-2 verlies). Volgens de oefenmeester gaf de ervaring van De Jong de doorslag, terwijl Cassierra in een mindere vorm verkeerde.

'Als we in het najaar hadden gezeten met ons proces, had ik altijd voor Mateo gekozen', begint Ten Hag zijn uitleg. 'Maar we speelden die wedstrijden op een moment dat we ons geen puntenverlies in de titelrace konden veroorloven. Elke wedstrijd was met het mes op de keel. Op dat moment bouwde ik op de ervaring van Siem. Hij was aanvoerder en had al vier titels op zijn naam staan, waarbij hij ook in de spits goed fungeerde.'

Maar dat bleek niet de enige reden om te kiezen voor De Jong. 'Bovendien liet Mateo het in die fase minder zien op de trainingen. Uiteindelijk moet je constateren dat we schade opliepen in de wedstrijden dat Siem in de spits speelde en dat we met Klaas-Jan iedere wedstrijd wonnen, behalve tegen FC Utrecht en PSV.'

Toch denkt de trainer van Ajax dat ook de geluksfactor een rol speelt in het wel of niet winnen van wedstrijden. 'Het moet ook meezitten. Ajax schoot veruit het meest op de paal en lat. Soms is succes daarvan afhankelijk. Zeker als een doelpunt op het goede moment valt. Dan kan het net in de goede richting vallen, ook in het mentale. Maar we zijn niet in de schwung gekomen.'