In de rubriek 'Uit het Oog' spreekt Ajax Showtime met oud-Ajacieden die hun sporen tegenwoordig elders achterlaten. Uit het oog dus, maar niet uit het hart. In deel 32 Arnold Scholten, een van de weinige spelers die voor Ajax én Feyenoord uitkwam.

Op 23-jarige leeftijd behaalt Arnold Scholten een historisch hoge plaats met FC Den Bosch in de Eredivisie. Mede door de sterkhouder op het middenveld eindigt de ploeg uit Brabant op de zesde plek, hetgeen Scholten belangstelling oplevert van de Nederlandse top. Niemand minder dan Johan Cruijff, destijds net een jaar trainer bij Ajax, is ook gecharmeerd van de rechtspoot. Niet veel later tekent Scholten in Amsterdam, waar De Witte Socrates uiteindelijk zes seizoenen zou spelen, verdeeld over twee periodes.

'Het was geweldig om naar een topclub als Ajax te mogen. Dat je dan ook gehaald wordt door Johan Cruijff, de grootse voetballer, die in jou interesse heeft, het was voor mij een enorme eer. Het was een bevrijding voor mijn carrière. Als je bij Ajax kan voetballen, betekent dat wat voor een voetballer', begint Scholten trots over zijn eerste transfer in zijn loopbaan. 'Het was een grote stap. In de belevingswereld en de grootte van de club was het een heel ander verhaal. Bij FC Den Bosch speelden wij nog als semiprofs. Bij Ajax kwam ik echt in de profwereld terecht, waar het alleen maar over voetbal ging. Bij Ajax had ik te maken met spelers die veel verder waren dan bij FC Den Bosch. Er werd meer geëist.'

'Cruijff liet mij nadenken over voetbal'
'Mijn manier van spelen was heel technisch met veel diepgang. Ik liep overal waar de bal was. Op een gegeven moment werd ik in die kwaliteiten geremd door Cruijff. Hij zei dat ik niet overal moest gaan lopen, dan liep ik dingen dicht, dat wilde hij niet', vertelt de oud-middenvelder over de invloed van zijn nieuwe trainer. 'Hij was veeleisend. Cruijff liep voor op alle trainers. Hij had een bepaalde gedachte over hoe gevoetbald moest worden. Cruijff liet mij als eerste echt nadenken over voetbal.'

Tijdens een Champions League-duel zet Arnold Scholten een speler van Borussia Dortmund aan de kant.

Scholten werd een betere voetballer onder Cruijff, maar spelen deed hij niet altijd. In zijn eerste twee Eredivisie-seizoenen onder De Verlosser speelde de rechtspoot 25 keer in de basis en elf keer viel Scholten in. 'Ik had het gevoel dat ik moest gaan spelen. Ik had het gevoel dat ik daar recht op had. Ik voelde me goed genoeg, maar het kwam er niet van dat ik basis speelde', aldus de middenvelder, die in zijn derde seizoen uiteindelijk iets meer zou gaan spelen, terwijl Cruijff dat seizoen vertrok.

'Ik had bijgetekend, maar toen kwam er een trainerswissel. Cruijff ging weg, Leo Beenhakker kwam erbij. Beenhakker zei dat ik een goede speler was, maar voor hem bleef ik de twaalfde man. Dat was voor mij het moment om ergens anders mijn geluk te beproeven. Ik heb dat toen in de winter aangegeven, waarna Feyenoord bij mij kwam. Feyenoord stond bijna onderaan destijds. Dus ik wilde toen niet. Maar Louis van Gaal (assistent onder Beenhakker, red.) en Beenhakker pushten mij een beetje. Op advies van Van Gaal ben ik toen alsnog gegaan.'

'Ik was niet bang voor hetzelfde scenario'
Van Gaal haalde hem vijfenhalf jaar later in de zomer als hoofdtrainer weer terug naar Ajax. Een belangrijk moment in de loopbaan van Scholten, die zijn oud-trainer dankbaar is voor het vertrouwen. 'Van Gaal was belangrijk, omdat hij op een bepaalde manier naar het voetbal keek. Hij waardeerde mij op voetbalgebied, maar ook als mens. Dat geeft een klik en vertrouwen. Er wordt een hoop geouwehoerd in het voetbal, wat niet altijd oprecht is, maar ik heb bij hem nooit het idee gehad dat het niet oprecht was. Wat hij zei, nam ik aan.'

Arnold Scholten (met zwarte pet) wordt met Ajax kampioen in De Meer in 1996.

'Het was voor mij een hele mooie kans. Met Feyenoord speelden we in de Europa Cup, maar Champions League, het hoogste niveau van Europa, dat was een heel ander verhaal. Het was een grote stap vooruit en opnieuw een supermooie uitdaging. Het was voor mij heel vertrouwd. Iedereen vond het leuk dat ik terug bij Ajax was', vertelt Scholten verder over zijn rentree bij Ajax. 'Ik was niet bang voor hetzelfde scenario. Ik wist op voorhand wat er op mij af zou komen. Ajax had een hele kleine selectie, waardoor ik veel wedstrijden zou gaan spelen. Dat is uiteindelijk ook uitgekomen.'

'Ik las een paar maanden later over de doping'
In het seizoen dat de spelverdeler terugkwam, werd Ajax kampioen en won het de Nederlandse- en Europese Supercup en de Wereldbeker voor clubteams. De enige titel die dat jaar ontbrak was de Champions League, waarin Ajax in de finale van Juventus verloor. 'We gingen gehavend de finale in, met een team met pijntjes. We waren niet fit, niet fris en daardoor niet klaar om een finale te spelen. Juventus zat beter in de wedstrijd. Gelukkig bleef het op een gelijkspel en werd het penalty’s. Die kun je winnen, dat is een loterij.'

Scholten zelf kwam in de 67e minuut binnen de lijnen en schoot in de serie raak van elf meter. Edgar Davids en Sonny Silooy deden dit echter niet, waardoor niet Ajax maar Juventus na afloop met de beker stond. 'Het verliezen van die finale is achteraf het vervelendste moment uit mijn carrière. Helemaal omdat je zo dichtbij bent. Je krijgt als voetballer niet vaak de kans om een Champions League-finale te spelen en te winnen, dus dat is echt een gemiste kans geweest.'

Patrick Kluivert bedankt het publiek na de finale, terwijl Arnold Scholten afdruipt.

'Ik las een paar maanden later over de doping. Ik vind dat wel heel vervelend', doelt Scholten vervolgens op de nog altijd niet bewezen verhalen over het mogelijke dopinggebruik van de Italianen in de finale. 'Ik had het prettig gevonden als er meer onderzoek was gedaan. Ik baalde er verschrikkelijk van. Stel dat ze doping hadden gebruikt, dan is het sowieso oneerlijk. Dat heeft niets te maken met een buitenspelgoal of een fout van de scheidsrechter. Dat hoort bij het voetbal. Dit hoort daar niet bij. Dan zou het teruggedraaid moeten worden.'

'Ik wilde nog graag een keer naar het buitenland'
Na 65 duels in zijn tweede periode bij Ajax nam de middenvelder voor de tweede en laatste keer afscheid van de Amsterdamse club. 'Ik had heel mijn voetballeven in Nederland gespeeld. In mijn tijd kon je ook niet zo makkelijk van club wisselen, maar ik wilde nog graag een keer naar het buitenland.' Scholten koos voor het Japanse JEF United uit de J-League. 'Het geld was niet de reden, maar als je daarheen gaat, moet er op financieel gebied wel wat tegenover staan. Alles was er tot in de puntjes verzorgd. Het voetbal was ook nog eens leuk. Ik kijk er dus met plezier op terug.'

'Maar ik wilde graag mijn carrière afsluiten bij FC Den Bosch, op een goede manier.' Scholten keerde terug naar zijn oude liefde, waar de rechtspoot nog een keer zijn kunsten zou vertonen. 'Uiteindelijk zijn we toen kampioen geworden en zijn we gepromoveerd naar de Eredivisie. Mijn doel was daarmee bereikt. Voor mij was het prima.' Het voetbal bleef echter knagen. 'Voetbal is het leukste wat er is. Het dichtste wat bij voetballen staat is trainen. Uiteindelijk ben ik daarin doorgerold.'

Scholten begon als technisch directeur bij FC Den Bosch, trainde daarna zowel de jeugd van RKC Waalwijk als Feyenoord, om vervolgens bij FC Den Bosch terug te keren als hoofd jeugdopleiding en assistent-trainer. Ajax mist nog in dat lijstje, iets waar Scholten graag verandering in brengt. Helemaal nadat Scholten begin dit jaar vertrok bij de eerstedivisionist. 'De rol maakt niet uit. Betrokken blijven bij het voetbal en bij Ajax. Dat zou ik wel leuk vinden.'

Finn Dekker (Twitter: @Finn Dekker | e-mail: f.dekker@ajaxshowtime.com)

Lees hier alle voorgaande verhalen van de rubriek 'Uit het Oog' terug.